maandag, april 07, 2008

Artikel uit Intermediair april nu in het Nederlands

Vodafone's verhuisperikelen
Wat doe je als je baas verhuist?

Vodafone opent een tweede hoofdkantoor in Amsterdam. Driehonderd banen verhuizen van Maastricht naar Amsterdam. Tweehonderd mensen verhuizen niet mee. ‘In feite vroegen ze me om mijn gezin en mijn leven hier op te pakken voor een functie die ik al zes jaar heb.'

Ze hadden geen idee. De senior managers van Vodafone hadden die tiende oktober 2007 eigenlijk een trainingsdag in Kerkrade. Maar die werd op het laatste moment afgeblazen: of ze zich in plaats daarvan om negen uur wilden melden in Kasteel Vaeshartelt, net buiten Maastricht, voor een update van de bedrijfsstrategie. Daar ligt ceo Guy Laurence met een paar Powerpoint-slides de plannen toe. Niets schokkends. Totdat hij zegt dat het bedrijf met de huidige inspanningen alleen, de nieuwe doelstellingen niet haalt. Daar is volgens de directie meer voor nodig: een verhuizing van Maastricht naar Amsterdam.

Muisstil en wit weggetrokken luisteren de managers, van wie een groot percentage al sinds de start van het telecommunicatiebedrijf -­ twaalf en half jaar geleden -­ in dienst is, naar Laurence's argumenten. Hoe belangrijk het is om dichtbij klanten, partners en belanghebbenden te zitten, en hoeveel makkelijker het wordt om vanuit Amsterdam nieuw talent aan te trekken, vooral mensen voor de online marketing en sales ­- die zo moeilijk te porren zijn voor Zuid-Limburg. En het gaat niet om heel Vodafone, zegt Laurence, in Amsterdam komt in feite een tweede hoofdkantoor. En van de 2800 banen, verhuizen er slechts 315. Het betreft vooral commerciële functies. Laurence en nog zes directieleden gaan ook mee.

Als de ceo uitgesproken is, dringen de gevolgen van het nieuws langzaam door bij de aanwezigen. Om wiens functies gaat het? Per wanneer speelt dit? Wat als je niet mee wilt? De directie heeft nog geen antwoorden; over zes weken zal bekend worden welke banen naar Amsterdam gaan. Alleen de verhuisdatum staat vast: 1 september 2008.

Radomir Willé (37), productmanager enterprise marketing, had 1 september dit jaar zijn tienjarig Vodafone-jubileum kunnen vieren. Nu hoopt hij voor die tijd elders een baan te vinden. Op 13 december vorig jaar viel bij hem -­ net als bij alle andere collega's -­ het oordeel op de mat: zijn functie gaat naar Amsterdam. Willé kreeg zes weken de tijd om te beslissen: verkassen of een nieuwe baan zoeken. ‘In feite vroegen ze me om mijn gezin en mijn leven hier op te pakken voor een functie die ik al zes jaar heb. Dan geef ik alles op, maar mijn werk blijft hetzelfde; dat is geen uitdaging.'

Als Willé net in dienst was gekomen, of als Amsterdam een promotie was geweest, had hij een verhuizing misschien wel overwogen, maar nu niet. Willé's vrouw werkt ook in Limburg en hun tweejarig zoontje -­ waar zijn ouders en schoonouders regelmatig op passen -­ laten ze liever hier dan in de Randstad opgroeien. Na de eerste schrik ziet Willé de verhuizing inmiddels als het zetje dat hij nodig had om een nieuwe stap te zetten. ‘Tien jaar bij Vodafone is een mooie tijd, nu wil ik wel iets anders.' Hij zoekt een baan binnen een straal van een uur reistijd van zijn huis. ‘Lukt dat niet, dan breid ik mijn zoekveld misschien wel uit naar steden als Brussel, Leuven of Aken, maar liever niet.' Willé, die zowel elektrotechniek als bedrijfskunde heeft gestudeerd, schat zijn kansen op een baan redelijk in. ‘En ik ben natuurlijk niet als productmanager geboren, dus ik kijk ook naar andere functies.' Hij oriënteert zich nu op zowel ict- en marketingfuncties, maar consultancy zou ook een optie zijn: ‘Ik zie op allerlei vlakken interessante mogelijkheden.'

Willé is niet de enige honkvaste Vodafoner: als in februari de balans wordt opgemaakt, blijken tweehonderd van de 315 werknemers niet mee te willen naar Amsterdam.

Paul Smit
'De toekomst vind je hier' staat op een bordje bij de vitrine met de nieuwste modellen mobiele telefoons op het Vodafone-hoofdkantoor. Niet voor Jules Nijst (49). Zijn loopbaan bij Vodafone houdt per 1 september op. Dit is de tweede keer dat de ‘segment marketingmanager prepaid' met een bedrijfsverhuizing te maken krijgt. Als in 2006 zijn toenmalige baan bij Philips naar Hongkong wordt verplaatst, blijft hij achter en solliciteert bij Vodafone. Na het nieuws van tien oktober zegt hij meteen tegen zijn vrouw: ‘We gaan naar Amsterdam. En wij gaan niet mee.' Nijsts vrouw is zelfstandig hr-adviseur en heeft een vaste klantenkring in de regio; voor haar was verhuizen geen optie. En Nijst liep bovendien zelf ook al enige tijd met een plan rond: wijnboer worden. ‘Onder de blote hemel werken in plaats van onder een systeemplafond.' Inmiddels heeft hij zich aangesloten bij een wijngaard vlakbij het dorpje Ulestraten, op zo'n vijf kilometer ten Noordoosten van Maastricht. Daar maakt hij binnenkort voortaan niet alleen zijn handen vuil, maar neemt hij ook de marketing en verkoop van de wijn voor zijn rekening: ‘Juist die veelzijdigheid van een eigen onderneming trekt me aan: je bent eigenlijk nooit uitgeleerd.' De marketeer volgt naast zijn werk al twee jaar cursussen en brengt vakanties door op wijngaarden. Ook zonder de verhuizing had hij deze stap wel genomen, maar dan waarschijnlijk pas veel later. ‘Nu gaan in april de stokken de grond in.'

Niet alle Vodafoners nemen de gedwongen verhuizing zo lakoniek op als Willé en Nijst. ‘Drie tissuedozen zijn ervoor nodig geweest om mijn tranen te deppen. Ik heb echt gerouwd', schrijft Sarah van Dee op de site www.ikgameenaaramsterdam.nl, waar medewerkers alvast kunnen kennismaken met Amsterdam en hun verhuisperikelen kunnen delen. Van Dee schrijft hoe ze na ruim vijf jaar op en neer reizen tussen Amsterdam en Maastricht twee maanden eerder definitief voor haar grote liefde en Vodafone in Maastricht had gekozen. ‘Maar na 2 maanden werd dit alles uit mijn handen getrokken. Het weekend voor de einddatum hebben we de knoop doorgehakt: wij blijven hier.' Inmiddels lijkt ze de voordelen van het Limburgse leven te hebben omhelst en wenst ze haar vertrekkende collega's het beste toe: ‘Wij gaan lekker picknicken in de heuvels. Jullie op Zandvoort, waar je na drie uur file en 20 euro in de parkeervreter, de zweetlucht van je buurman ruikt en zijn zonnebrand in je broodje proeft.'

Uit cijfers van het Arbeidsmarkt GedragsOnderzoek (AGO) blijkt dat gemiddelde 46 procent van hbo'rs en 59 procent van de academici bereid is te verhuizen voor een baan. Dat percentage is aanzienlijk hoger bij nieuwkomers op de arbeidsmarkt en neemt af met het aantal jaren werkervaring. Zo is nog zeventig procent van startende hbo'rs en 81 procent van startende academici bereid te verhuizen, maar is dat na vijf jaar werken nog slechts 44 en 59 procent. ‘De gemiddelde medewerker bij Vodafone is al een jaar of acht in dienst, is midden dertig, heeft een werkende partner en is sterk gehecht aan de streek', zegt Vodafone's human resources-directeur Paul Smits. Dat de verhuisbereidheid bij zijn werknemers zo laag is, verbaast hem dan ook niet. Daarbij speelt volgens hem ook mee dat het leven in de Randstad minder comfortabeler is dan in Limburg: ‘De huizenprijzen zij hier lager en er zijn veel minder files.' In de maanden voorafgaand aan de bekendmaking, gokte Smit nog op vierenveertig procent meeverhuizers, de rest van zijn collega's zette lager in. ‘Daarom wilde we na 10 oktober zo snel mogelijk duidelijkheid geven', zegt Smits: over de betrokken functies, de kantoorlocatie, maar ook over het sociaal plan. Zodat in de kerstperiode met de achterban overlegd kon worden.'

Vodafone biedt een financiële regeling en hulp bij het zoeken van een nieuwe baan. Werknemers die niet mee willen raken wel hun baan kwijt, maar niet hun recht op een ww-uitkering. Voor ieder gewerkt dienstjaar tot en met 1 september krijgen zij een bruto maandsalaris uitgekeerd, vermenigvuldigd met een correctiefactor: de uiteindelijke vergoeding ligt iets hoger dan de standaard ‘kantonrechtersformule' (zie kader).




'Ik beschouw mezelf als één van de gelukkigen', zegt de jonge en ongebonden webspecialist Richard Mes (25). Hij kijkt uit naar de verhuizing. Voor hem waren geen eindeloze gesprekken bij het koffieapparaat nodig: hij voorzag op 10 oktober al dat zijn baan verplaatst zou worden, of ‘impacted' was, zoals de organisatie het noemt. Mes houdt voor de afdeling corporate affairs alles bij wat er over Vodafone op het web wordt gezet: checkt communities, weblogs en fora, en speelt in op discussies die daar spelen. Dat kan hij in principe vanaf iedere locatie doen, maar bij het monitoren van al die online processen werkt hij nauw samen met partners. En die zitten in de Randstad. ‘Nu ontmoeten we elkaar vaak halverwege, bijvoorbeeld in Den Bosch, anders ben je drie uur onderweg.' De afdeling die hij heeft helpen opzetten, is pas een half jaar oud en Mes heeft nog allerlei plannen.

Ook Soraya Cordoze (single, 42) is niet van plan haar baan op te geven. Ze werkt ruim elf jaar bij Vodafone en heeft zich van managementassistent opgewerkt tot channelspecialist bij marketing communicatie. ‘Ik heb me wel afgevraagd of ik me verloren ga voelen in de grote stad, maar gelukkig gaat het grootste gedeelte van mijn afdeling mee en hebben we steun aan elkaar.' Bij Cardoze's keuze heeft ook haar hobby een rol gespeeld: Afrikaanse percussie. ‘Dat leeft daar veel meer.'

Mes zoekt een appartement in de regio Utrecht: ‘Amsterdam is te druk en rumoerig' en Cardoze heeft een koophuis in Watergraafsmeer op het oog. Vodafone geeft financiële ondersteuning: neemt de makelaar, de notaris, de verhuizing en een gedeelte van de inrichtingskosten voor zijn rekening. Wie binnen een straal van zestig kilometer van het kantoor gaat wonen, krijgt bovendien drie maanden brutosalaris netto uitgekeerd en wie de auto laat staan, krijgt een ov-jaarkaart eerste klas. ‘We wilden mensen echt een keuze bieden en niet het zo lastig maken dat we in feite al voor hen beslissen', zegt Smits, die zelf ook meegaat naar Amsterdam: ‘Ik zit misschien in een iets andere prijscategorie dan de gemiddelde werknemer, maar ook ik word ongelukkig als ik zie wat ik in de omgeving van Amsterdam kan krijgen.' Cardoze's nieuwe woning komt pas in 2009 beschikbaar: voorlopig zal ze heen en weer pendelen, zoals veel van haar collega's: ‘Eerst rustig kijken wat de leuke buurten zijn en dan pas beslissen.' Ook Mes verwacht nog veel tijd in Maastricht door te brengen. ‘Ik kies nu voor mijn carrière, maar kan die toch combineren met m'n sociale leven in Maastricht? Ik zal in de weekenden wel vaak terugkomen.'





Hoofdkantoor Vodafone
Waar in 2010 het tweede Vodafone hoofdkantoor open moet gaan, ligt nu nog een bouwput. Tot die tijd wordt uitgeweken naar een kantoor bij station Sloterdijk. Maar eerst moet de organisatie nog het verlies van tweehonderd werknemers compenseren. Bovendien zijn er nog vijftig vacatures te vervullen die in Maastricht ook al openstonden. Daarvoor is grof geschut ingezet. Naast de bouwput, in het oude Post CS-gebouw naast het Centraal Station, is een speciaal Vodafone recruitment centre ingericht.

Marieke Linders moet als hoofd recruitment met haar team de klus gaan klaren. Naast controllers, juristen en secretaresses is er vooral behoefte aan marketing- en salesmedewerkers, pricing-specialisten en online-specialisten. De belangrijkste posten, tien senior managementposities, zijn vervuld met interne promoties van Vodafoners uit andere landen. De dertig middelmanagementfuncties verwacht Linders in mei rond te hebben. Aan de overige vacatures wordt hard gewerkt. Werven in Zuid-Limburg is niet hetzelfde als werven in de Randstad, merkt Linders: ‘In Limburg is Vodafone een A-merk. Hier hebben kandidaten rustig meerdere sollicitaties tegelijk lopen.' De nieuwe wervingscampagne is toegespitst op de meer ‘bijdehante' Randstad-werknemer, met teksten als ‘Salesspecialisten: schrijf alvast je ontslagbrief' en ‘Management controllers: pak je spullen maar in'. Linders: ‘In Maastricht kan Vodafone zich langere sollicitatieprocedures veroorloven, maar de concurrentie in de Randstad dwingt tot snelle beslissingen. Een sollicitatiegesprek tussen vluchten op Schiphol door is geen probleem en de Maastrichtse managers komen regelmatig naar Amsterdam om gesprekken te voeren met potentiële kandidaten.'

Intussen wordt in Maastricht de verhuizing voorbereid. Voor zover mogelijk dragen de huidige werknemers hun werk alvast over aan hun plaatsvervangers. Om te voorkomen dat over een paar maanden met de tweehonderd werknemers ook een schat aan kennis de deur uitloopt, is de afdeling programme management ingeschakeld. Smits: ‘Die overlegt met de managers van alle afzonderlijke afdelingen en inventariseert welke kritische kennis daar aanwezig is.' Een groot deel van die kennis wordt vastgelegd in zogenoemde kennismanagementsystemen.




De verhuizing trekt een zware wissel op de organisatie, werknemers staan extra onder druk en de tocht naar Amsterdam kost Vodafone niet alleen miljoenen euro's, maar bovenal een hoop goede en loyale werknemers. Is dat het waard? Smits vindt van wel. ‘Limburg is mooi, maar wel het meest extreme puntje van Nederland.' Maastricht is volgens hem gewoonweg te ver verwijderd van de Randstad. In meerdere opzichten. ‘De mobiele markt ontwikkelt snel. Vroeger draaide het om bellen en sms'en, nu verdienen we onze boterham ook met internet en zakelijke oplossingen. Vodafone ontwikkelt regelmatig nieuwe producten in overleg met klanten en even snel bij elkaar komen voor overleg is nu lastig.' Vodafone is nu ook ver verwijderd van bepaalde maatschappelijke ontwikkelingen waarbij mobiele producten een rol kunnen spelen, zoals de fileproblematiek, zegt Smits. En het westen loopt volgens hem bovendien voor met consumententrends: ‘Amsterdam is een echte media- en internetstad en dat werkt als een magneet voor nieuw talent: De jonge generatie, de internetgeneratie, die snapt hoe de laatste gadgets en telefoons werken, die heb ik nodig.' Hij moet ze alleen nog vinden. En wel voor 1 september.

donderdag, april 03, 2008

Wat ik nog zeggen wou...(in gesprek met mijn oma)

Ik ga toch werken in Amsterdam! Morgen ga ik kijken naar een huurwoning vlakbij papa en mama, leuk hè? Het is een heel mooi appartementje! Wel piepklein maar dat geeft niet. Moet niet teveel eisen anders vind ik nooit wat leuks. En altijd maar bij papa en mama logeren gaat ook vervelen haha!

Oh en wist u dat ik stukjes schrijf voor een website van mijn werk? Gericht op medewerkers van Vodafone die mee verhuizen naar Amsterdam. Elke maand moet ik daarvoor een artikeltje schrijven. En vandaag kreeg ik een artikel in handen van een heus tijdschrift, een magazine, waarin een artikel stond over meeverhuizen met de baas. En raad eens? Mijn artikeltje werd daarin genoemd! En ik ook! Met naam en achternaam! Het was zelfs in het Engels vertaald en dat maakte het nog grappiger! Mijn hele privé leven werd uit de doeken gedaan, Lars werd aangehaald als mijn “love-of-a-life-time boyfriend”! Hilarisch!
Zou dit mijn doorbraak betekenen in schrijversland? Ik schrijf ook columns, en die vergeet ik elke keer mee te nemen als ik u kom opzoeken. Volgende keer neem ik ze mee hoor! Maar het artikel heb ik wel bij me! Zal het even pakken…

En die Geerd Wilders is me ook een ei he? Dat ie nou toch een film heeft, wat een malloot! Ik had veel meer respect voor hem gehad als hij geen film had gehad. Dan had hij pas echt een punt gemaakt. Dan had hij kunnen aantonen wat een belachelijk land dit is, dat er paniek ontstaat voordat er überhaupt een film is! We wonen in een raar land. Misschien emigreer ik later wel hoor…

En zo zijn er nog vele honderden dingen die ik aan u wilde vertellen, waar ik uw mening over wou. Ik spaar ze op, onthoud ze, zodat ik ze niet vergeet tijdens een volgend bezoek. Nu vertel ik u alles in gedachten.

Ik nodig u uit in mijn leven, u mag het van dichtbij komen volgen.
U kunt mijn huis in Maastricht komen bekijken, mijn paaldanslessen bijwonen, mijn kat aaien en zelfs misschien even langskomen op mijn werk. U mag mijn boeken lezen, mijn fotoalbums bekijken en mijn kookravage bewonderen.

Dood bent u misschien, maar afwezig zeker niet.
Dag Oma.

My 1 minute of fame in "Intermediair" of April

Al lezende kwam ik in ene mijn eigen naam en citaten uit 1 van mijn artikels voor Vodafone tegen. Ik was verbijsterd...maar vooral aangenaam verrast!

Bronvermelding: Het artikel komt dus uit de Intermediair van 3 april 2008.

Lees hieronder het Artikel (in het engels, schuingedrukt gaat over mij):

Intermediair, issue 14 - 3 April 2008

Vodafone’s move ups and downs

What do you do when your boss moves?

Vodafone opens a second head office in Amsterdam. Three hundred jobs move from Maastricht to Amsterdam. Two hundred people are not following their job move. ‘It boiled down to being asked to uproot my family and my life here for a job I’ve already been doing for six years’.

► They had no idea. The senior managers of Vodafone had a training scheduled in Kerkrade that day. But that was cancelled at the last minute: if they could please all be at Kasteel Vaeshartelt, just outside Maastricht, at nine am for an update on the company’s strategy. There, CEO Guy Laurence explains the plans with a few powerpoint slides. Nothing shocking. Until he says that the company with the current efforts as such, will not be able to meet the targets. According to the top management more is needed: a move from Maastricht to Amsterdam.
Quiet and stunned the managers, a large number of whom have been working for the company since the start twelve and a half years ago, listen to Laurence’s arguments. How important it is to be close to the customers, partners and stakeholders, and how much easier it will be to attract new talent when based in Amsterdam, especially people for online, marketing and sales jobs, so difficult to recruit in southern Limburg. And it doesn’t concern the whole of Vodafone, says Laurence, it will be a second head office in Amsterdam. Out of 2800 employees, only 315 jobs will move. It mainly concerns commercial roles. Laurence and six other directors will also move.
When the CEO has finished, the consequences begin to dawn upon the audience. Which roles are impacted? What are the timelines? What happens if you don’t want to move? The top management doesn’t have all the answers; in six weeks there will be clarity on individual job level. Only the move date is clear: 1 September 2008.

Radomir Willé (37), product manager enterprise marketing, would have been celebrating his 10 years at Vodafone this coming September. Now he hopes to have found another job before that date. On 13 December last year he received – like all the others – the final decision: his job will move to Amsterdam. Willé had six weeks to decide: moving or finding another job. ‘It boiled down to being asked to uproot my family and my life here for a job I’ve already been doing for six years. I give up all I have now but my work stays the same; that is not a challenge’.
If Willé had joined just recently or if Amsterdam had meant a promotion, he would have considered moving, but not like this. Willé’s wife also has a job in this region and their 2-year old son – often looked after by his parents and in-laws – they rather see him growing up here than in the Randstad. After the initial scare Willé now sees the move as the final push he needed to take a new step. ‘Ten years at Vodafone is great, now I’m in for something new’. He is looking for a new job within one hour traveling distance from his home. ‘If that doesn’t work I might broaden my scope to cities like Brussels, Leuven or Aachen, but we’ll see’. Willé, with degrees in electrical engineering as well as business administration, estimates his chances for a new job quite positively. ‘And I was not born as a product manager, so I’m also looking at other functions’. He is now orienting himself on ict as well as marketing functions but consultancy could also be an opportunity: ‘I see opportunies in a number of areas’.
Willé is not the only home-loving Vodafone employee: when the six weeks have passed and the numbers are added in February, two hundred of the 315 impacted employees will not be following their job.

‘The future is here’ says a sign on a display with the latest models mobile phones at the Vodafone head office. Not for Jules Nijst (49). His career at Vodafone will end on 1 September. This is the second time that the ‘segment marketing manager prepaid’ has to deal with a move by his employer. When in 2006 his job at that time with Philips is moved to Hongkong, he stays behind and applies for a job with Vodafone. After the news on 10 October, he immediately says to his wife: ‘We are going to Amsterdam. And we are not going with them’. Nijst’s wife is a self employed HR advisor and has a strong network of customers in the region; for her moving was not an option. And Nijst himself had been thinking about a dream for quite some time: becoming a winegrower. ‘Working under the open skies instead of an office ceiling’. He has now joined a vineyard close to the village of Ulestraten, about five kilometers northeast of Maastricht. In that spot he will shortly not only be literally working with his hands, but also handle the marketing and sales of the wine. ‘Especially the diversity of being self employed is what attracts me: you are never finished learning’. For the last two years, the marketeer has been following courses next to his job and spending holidays at vineyards. Even without the move, he would have taken this step, but probably much later in time. ‘As it is, I will be planting grapevines in April’.

Not all Vodafone employees are as relaxed about the move as Willé and Nijst. ‘Three tissue boxes were needed to dry my tears. I really mourned’, writes Sarah van Deel on the site www.ikgameenaaramsterdam.nl, where employees can acquaint themselves with Amsterdam and share their personal ups and downs concerning the move. Van Dee describes how – after five years of traveling between Amsterdam and Maastricht and only two months before the move announcement – the balance finally swung in favour of her love-of-a-lifetime boyfriend and in favour of Vodafone, both in Maastricht. ‘But after 2 months this was abruptly taken away. The weekend before the deadline we tied the knot: we are staying here’. She seems to have embraced the advantages of life in Limburg and wishes her moving colleagues all the best: ‘We will be picknicking in the hills. You at Zandvoort, where you end up after three hours of traffic jams and 20 Euros of parking fees, where you smell your neighbour’s sweat and taste his sun lotion on your sandwich’.
Statistics from the Arbeidsmarkt GedragsOnderzoek AGO (Labourmarket Behaviour Research) show that on average 46 percent of higher educated people and 59 percent of university educated people are willing to move for a job. That percentage is substantially higher when people are new on the labour market. It decreases with the years of job experience. When starting on the labour market 70 percent of higher educated and 81 percent of university graduates are willing to move, but after five years this has declined to only 44 and 59 percent. ‘The average employee at Vodafone has been with the company for some eight years, is in his mid-thirties, has a partner with a job and has strong ties to the region’, says Paul Smits, Vodafone’s human resources director. That the willingness to move is so low amongst his employees, doesn’t surprise him at all. Something else to take into account, according to him, is the fact that life in the Randstad is less comfortable than in Limburg: ‘Housing prices are lower here and there are much less traffic jams’. In the months prior to the announcement, Smit was expecting some 44 percent of impacted people to follow their job move, some of his colleagues thought this would be less. ‘That is why we wanted to give clarity as soon as possible after 10 October’, says Smits: about which roles were impacted, the office location but also the compensation package. ‘So that everyone could use the December holidays to talk it over at home’.
Vodafone offers financial compensations and support in finding a new job. Employees who don’t want to move will lose their job, but not their entitlement for unemployment benefit. For each year employed until 1 September, they receive a gross month salary, multiplied by a correction figure: the final compensation is slightly above the standard ‘court package’ (see separate column).

‘I consider myself as one of the lucky ones’, says web specialist Richard Mes (25), young and without ties. He is looking forward to the move. For him no need for endless conversations at the coffee machine: he expected his job would be moved, or would be ‘impacted’ as the organization calls it. Mes works in the corporate affairs department and scans everything that is being posted on the web about Vodafone: he monitors communities, weblogs and fora and participates in discussions there. In principle this can be done from any location, but in monitoring all these online processes he closely works with partners. And these are all located in the Randstad. ‘Now we often meet halfway, for instance in Den Bosch, otherwise it takes three hours for traveling’. The team he is part of was formed with his help only six months ago and Mes has all kinds of plans for the future.
The same is true for Soraya Cardoze (single, 42) who also intends to keep her job. She has been with the company for over eleven years and has climbed the ranks from management assistant to channel specialist in marketing communications. ‘I’ve thought about whether I would feel lost in such a big city, but fortunately most of my department will be coming as well so we can help each other’. In making up her mind, Cardoze’s personal hobby also played an important part: African percussion. ‘That is so much more popular there’.
Mes is looking for an apartment in the Utrecht region. ‘Amsterdam is too crowded and noisy’ and Cardoze is thinking of buying a house in Watergraafsmeer. Vodafone gives financial compensation: the company pays for the estate agent, the notary, the move and part of the redecoration costs. Anyone who will be living within a diameter of sixty kilometers from the office, receives three months gross salary in net payment and a first class public transport subscription for anyone who leaves his car at home. ‘We wanted to offer people a real choice, and not make it so hard that in fact we would be taking the decision for them’, says Smits who is also moving to Amsterdam himself: ‘I might be in a slightly different price range when looking for a house than the average employee, but for me as well it’s disheartening what I can get in the Amsterdam region’. Cardoze’s new house will not be available until 2009: in the meantime she will be traveling a lot, like many of her colleagues: ‘Let’s find out first what the nice neighbourhoods are before taking any final decisions’. Mes also expects to be spending quite some time still in Maastricht. ‘I now choose for my career, but why can’t I combine that with a social life in Maastricht? I will be coming back in the weekends quite often’.

Where the new Vodafone head office will open its doors in 2010, is now still a building site. Until that time a solution is found with an office building near the Sloterdijk train station. But first, the organization has to compensate the loss of two hundred employees. On top of that there are another fifty long time vacancies to fill. To succeed in this everything is geared up to the max. Next to the building site, in the old Post CS building adjacent to the Central Station, a special Vodafone recruitment center has been installed.
Marieke Linders is heading the team there. Besides controllers, legal people and administrative personnel there is a need for marketing and sales people, pricing specialists and online specialists. The most important vacancies, ten senior management positions, have been filled by internal promotions from other Vodafone countries. The thirty middle management positions are expected to be filled in May, according to Linders. Much effort is also put into filling all other vacancies. Recruiting in southern Limburg is not the same as recruiting in the Randstad, notices Linders: ‘In Limburg Vodafone is an A-brand. Here, candidates are comfortable with several applications in parallel.’ The new labourmarket campaign is aimed at the more bold type of Randstad employee, with lines like ‘Sales specialists: why don’t you start writing your resignation’ and ‘Management controllers: why don’t you start packing your things’. Linders: ‘In Maastricht Vodafone can afford longer recruitment processes, but the competition in the Randstads asks for speedy decisions. A job interview at Schiphol, in between flights is not a problem and Maastricht based managers regularly come to Amsterdam to conduct interviews with potential candidates.’
In the meantime, in Maastricht the move is being prepared. Where possible, current employees train their successors. To avoid a loss of knowledge which is in two hundred people’s heads, the programme management department has been engaged. Smits: ‘They talk to the managers of each individual department and map the critical knowledge areas.’ The greater part of that knowledge is being captured in so called knowledge management systems.

The move is taking its toll on the organization, employees are under pressure and the journey to Amsterdam is not only costing Vodafone millions of Euros, but above all many good and loyal employees. It is all worth it? Smits thinks it is. ‘Limburg is beautiful, but at the same time the most outer part of the Netherlands’. In his view Maastricht is simply too far away from the Randstad. In many ways. ‘The mobile market develops fast. In the early days we earned our living with simply calling and texting, nowadays we also focus on internet and enterprise solutions. Vodafone often develops new products in cooperation with customers and a quick face to face meeting to discuss is difficult at present’. Vodafone is also a long way removed from certain societal trends in which mobile products could play a part, such as the traffic congestion issue, says Smits. And the Randstad area is in his view a trail blazer in consumer trends: ‘Amsterdam is a true media and internet city and that works as a magnet to attract new talent: The young generation, the internet generation, who know what the latest gadgets and phones can do, those are the ones I am looking for.’
All he has to do is find them. Before 1 September. ◄

Separate columns:

Working in Limburg
‘In southern Limburg it is more difficult for a highly educated person to find a job than in the Randstad’, says Michel van Smoorenburg of the CWI Netherlands South-East. In southern Limburg there are according to the CWI website (werk.nl) 1207 vacancies for people with a higher education degree and 172 for people with a university degree. Around Amsterdam these numbers are respectively 1935 and 287 according to the CWI statistics.
The opportunities in the region have improved drastically compared to for instance three years ago, although CWI cannot substantiate that with hard figures. ‘With the right education, experience and attitude highly educated people should be able to make it’. They might have to be more flexible, regarding the type of function one is looking for, as well as the location of a new employer. The more specialized a function is, the smaller the supply. And of course it doesn’t help that the people staying here will become each other’s main competitors on the labour market. Van Smoorenburg doesn’t rule out the possibility that part of the Vodafone workforce will have to look across the border, Belgium or Germany, a few kilometers further down the road.

Mandatory move
When an employer forces his workforce to move, we speak of a ‘one-sided change in an employment contract’. An employer needs to be able to defend the need for the move, for instance by stating that it is not desirable that employees spend more than three hours traveling each day, due to the employer’s decision. Based on good employee-ship the employee is subsequently obliged to accept the move, conditional to a reasonable proposal. ‘What is meant with ‘reasonable’ is not legally described in detail’, says lawyer Diana Simons, specialized in labour law, ‘but one should think of financial compensations for moving house, estate agent’s costs etc.‘ Someone who can make a case that moving is not an option due to personal circumstances, can suit for rescission of his contract at the regional court and ask for a compensation. It is up to the court to decide whether this will be granted or not. If so, the employee retains his entitlement for unemployment benefits because the rescission is caused by an employer’s decision. In Vodafone’s case a collective package of compensation has been agreed upon.

Vodafone Group
Vodafone Netherlands is part of the Vodafone Group, established in 1982 in the UK and active in 65 countries. The group entered the Dutch market in 1995 with mobile communication provider Libertel and opened a Dutch head office in Maastricht. In 2002 the brand changed to Vodafone – ‘voice data fone’. Measured in revenues and profitability the company comes second after KPN in the Dutch mobile market. The company has 252 million customers worldwide, of which 4 million in the Netherlands. Vodafone Group revenues in 2006/2007 totalled approx 41 billion Euros. Vodafone Netherlands employs around 2800 people.

Written by Lorain O’Mahoney

woensdag, april 02, 2008

Up yours Honolulu!

Dat kleine detail waren ze even vergeten te vertellen. Hoe kun je, in vredesnaam, iemand vergeten te vertellen dat er een buis in haar anus gaat verdwijnen van 30 cm lang en zeker 2 cm doorsnede? In het ziekenhuis dus.
Nadat ze mij 1 uur lang in de wachtkamer hadden laten zitten, ging ik maar even polshoogte nemen bij de receptie. Waarom duurde het zo lang? De olijke receptioniste lachte me toe, er was inderdaad een sproetje tussen door gekomen maar ze ging het roggelen voor me. Zucht.

Een frisse boerenjongen arts genaamd Frederik loopt op me af. Oh nee, denk ik. Hij is veel te leuk en fris om naar mijn anus te mogen kijken.
Hij begeleidt mij naar mijn kleedcabine, of ik alles uit wil doen behalve mijn beha en sokken, en dan vervolgens dat groene schort wil aan doen. Ik kijk geschokt. We gingen toch alleen röntgenfoto’s maken van mijn buik? En nu moet ik een billen-bloot-schort aan?
Of ik wel wist wat de ingreep inhield vroeg de boerenbonte arts op serieuze toon. “Ingreep?” hyperventileer ik.
“F-f-foto’s maken?” stamel ik.
Maar nee; eerst brengen ze een buis voorin in, en daarna achterin en dan moet ik poepen op “de troon” zoals ze hem hier intern noemen, grapt de boerenbonte arts. Ik was echter nog in shock blijven hangen bij “we brengen een buis aan in uw vagina”.
Als de arts mij alleen laat om mij om te kleden realiseer ik dat ik niet meer weet wat er nou uit moest, of aan… Verdwaast trek ik dat schort aan. De arts begeleidt mij de kamer in, waar 2 andere artsen zijn. Nog meer artsen? Ik schuifel vertwijfeld weer achteruit…

Er is maar 1 oplossing in deze situatie. Doen of ik niet besta. Doen of deze situatie niet gebeurd. En zo geschiedde het.
Terwijl ik op de tafel lag en de vrolijke doch bezorgde artsen buizen inbrachten en mij vroegen naar mijn hobby’s, zat ik op Honolulu. Weliswaar met een buis in mijn anus, (op mysterieuze wijze lukte het mij niet die weg te denken) maar hé, er gebeuren wel vreemdere dingen op Honolulu.

“Zo!” Roept de arts uit, “dan mag je nu poepen! Op de troon, daar keek je natuurlijk wel naar uit hè?” Ik geloof niet, dat deze arts door heeft dat ik 25 ben. Ik schuifel richting de troon en merk verschrikt op dat er achter het anti-stralingsscherm nog 2 co-assistenten staan…die naar mij zwaaien…
Terwijl ik plaats neem op de troon, doe ik mijn uiterste best om onzichtbaar te worden: dit gebeurd niet, ik ben hier niet, waar ligt Honolulu ook al weer?
“Jaaaa” roept de arts “toe maar! En stop maar! En persen! En ophouden! Ennnnnn….laat maar gaan!”

Finally, mag ik hier weg. De co-assistenten houden hun duimen bemoedigend omhoog en de arts zwaait nog even. Dag Honolulu. Daar ga ik dus nooit meer heen!

zondag, maart 30, 2008

Move! (Column voor Vodafone 17 maart 2008)

Ik kreeg de opmerking dat het wel te merken was in mijn artikeltjes dat ik niet blij ben met de move naar Amsterdam. Ja, gek hè? 2 maanden nadat ik hier als Amsterdamse woonde en werkte, kwam de aankondiging.
Mijn leven was net wat rustiger geworden. Na 5,5 jaar op-en-neer reizen tussen Amsterdam en Maastricht, heb ik ervoor gekozen om mijn grote liefde voor altijd in mijn armen te sluiten en daarmee het Bourgondische leven, en Vodafone. So excuse me if i’m not amused!

Dolblij was ik, met mijn baan bij Vodafone. Maar na 2 maanden werd dit alles uit mijn handen getrokken.
Als behang wat net in je nieuwe huis hangt maar eraf komt bladderen, als de nieuwe jurk die eenmaal thuis toch boven budget blijkt, als die lieve poes die je nieuwe Glossy aan flarden krabt.
Eerste reactie? We verhuizen mee! …Of toch niet?...
En zo begon het wikken-en-wegen, de blijdschap, de onenigheden en het verdriet; 3 tissuedozen zijn ervoor nodig geweest om mijn tranen te deppen. Ik was op een middag niet eens meer in staat om te werken.
Ik heb echt gerouwd. Het weekend voor de einddatum hebben we de knoop doorgehakt: wij blijven hier.

En oh wat gaan we het leuk hebben! Veel leuker dan jullie*! Het weer is hier mooier, de mensen vriendelijker, de huizen goedkoper, en hier hebben ze verse vlaai. Jullie zitten straks aan de Multi-vlaai.
Hiervandaan zit je binnen een uur in grote steden zoals Brussel en Aken.
Vanuit Amsterdam ben je zo in wereldsteden als Abcoude, Hoorn, Purmer-end, Datsylel of het spetterende Almere.
Wij gaan lekker picknicken in de heuvels. Jullie op Zandvoort, waar je na 3 uur file en 20 euri in de parkeervreter, de zweetlucht van je buurman ruikt en zijn zonnebrand in je broodje proeft.

Mocht je ooit het Bourgondische leven gaan missen, in zeg 3 weken na je verhuizing, ik heb nog wel een logeerkamer waar je op mag. En zo niet, mag ik dan bij jou logeren als ik mijn thuis mis?

* Jullie = verwijzing naar degenen die gaan verhuizen naar A’dam e.o.

woensdag, maart 12, 2008

Ginny

Een van mijn grote liefdes in dit leven heet Ginny a.k.a. Ginny-poes, poezevrouwtje, stuiterbal of pluizebol.
Zoals met alle poezen heeft zij óns gekozen.
Toen wij eenmaal op de bank in de kattenkamer van het asiel zaten, nestelde zij zich al snel bij mijn vriend op schoot en maakte het leven, van de andere naderende viervoetige pluizebollen, zuur.
We konden niet anders dan te smelten voor haar prachtige groene ogen en haar felle karakter. Het asiel waarschuwde ons dat het een angstig poesje was. Maar wij waren verkocht! Give us the cuddely thing!

Eenmaal thuis maakte mevrouw meteen duidelijk dat dit haar wel beviel, waar de meeste katten zich meteen verstoppen, sprong zij uit het reismandje, kwam naar ons toe en gaf ons flinke kopjes. Waarna ze in een hyperventilatie aanval verviel en ons in totale paniek door het huis liet rond rennen om haar rustig te krijgen.

Inmiddels hebben we mevrouwtje poes al 3 jaar. Vrijdag wordt ze 4 en ja, dat wordt gevierd. Ginny-poes hoort bij ons, zij is ons kindje. Terwijl ik dit opschrijf besef ik hoe ziekelijk dit klinkt, maar ik kan het niet anders verwoorden.
Ze gedraagt zich ook zo! Ik kan geen kartonnen doos laten staan of zij zit er in, ik ben al meerdere malen bijna het huis uit gelopen met in mijn rugtas een poes, je kunt niets laten slingeren zonder dat het kapot gekauwd word (heb ik een poes of een hond?), ik kan mijn vriend niet knuffelen of andersom zonder dat er een klagelijk gemiauw naast ons opstijgt “ik ook!”. Ze ligt altijd op de grond. Ze maakt lawaai als wij willen slapen. En waar jij bent daar moet zij ook zijn. Dat komt er op neer dat je niet kunt douchen of plassen zonder dat de kat mee moet het toilet of de badkamer op.

Zij is mijn sprankeltje geluk in dit leven. Als ik op een doordeweekse dag wakker wordt en zij zit naast mij op het bed barstensvol geknor naar mij te kijken, dan bolt mijn hart op van geluk. Ik begraaf mijn gezicht in haar vacht en fluister: je bent de allerliefste poes van de hele wereld, pluizebol!
Zij fleurt mijn hele dag op, een ochtendhumeur is er niet bij als zij met vibrerende staart door de keuken paradeert: “Brokjes! Brokjes!”.
S’nachts kruipt ze tussen ons in, ligt ze daar als een soort worst te braden. Op de bank klimt ze ongegeneerd boven op ons en als het haar niet zint hoe wij zitten worden we net zo lang boos aangekeken tot we zuchtend verzitten en zij met tevreden geknor tussen ons in opkrult. Ze mag zoveel, écht teveel. Maar ze is zo lief. Die onvoorwaardelijke liefde die ik voor haar voel is enorm.
Ginny-poes, je moet nog heel lang bij ons blijven hoor! (Vanavond mag je op schoot voor de laptop, dan lees ik je de column wel voor)

maandag, januari 28, 2008

It's a jungle (Column voor Vodafone 28 januari 2008)

In Amsterdam is winkelen Topsport! Ga eens op zaterdagmiddag naar de Kalverstraat, dat is spectaculair!
Je loopt hutjemutje van de ene winkel naar de andere. Als je naar een, aan de overkant gelegen, winkel wilt zul je over een hele goede timing moeten beschikken om door de meute heen te komen. De winkels beschikken nog net niet over speciaal personeel die shoppers in nood bij hun tassie pakken en naar binnen trekken. En eenmaal binnen gaat het gevecht gewoon door.

Vertrouw op mij: It’s a jungle out there… Waar in Maastricht allemaal overzichtelijke rekken zijn in de uitverkoop moet je in Amsterdam werkelijk vechten voor een kledingstuk. Heb je eindelijk iets in handen dan moet je het vooral niet loslaten of enige desinteresse tonen want dan ben je het gewoon kwijt. Je ziet een flits, voelt een korte ruk en na een waas van parfum en blond haar kom jij tot de conclusie dat je mooie jurkje, laatste in jouw maat, verdwenen is.

Maar het allerergste zijn wel de Dol Dwaze Dagen in de Bijenkorf. Het winkelende publiek is ge-na-de-loos. Luxe producten voor weinig haalt het slechtste in mensen naar boven. 3 dagen lang zie je stofwolken uit de winkel komen. 4 op de schaal van Richter. En elk jaar weer verdwijnen er meer decorstukken en personeel. Vooral het stickers plakken eist elk jaar zijn tol onder het personeel. Volgens mij heeft 1 op 3 Amsterdammers een visagist van de Bijenkorf in huis.

In Maastricht kun je heerlijk rustig winkelen. Maar toch mis ik die gekte wel, die “hebbuh” mentaliteit, dat koopjes jagen. Dus als het uitverkoop is komt de Amsterdamse in mij naar boven. Ik trek de H&M ondersteboven, jaag de verkoopsters op de kast en ruk jurkjes uit de handen van nietsvermoedende vrouwluuj. Om vervolgens vol trots huiswaarts te keren met veel luxe producten. Voor weinig…

vrijdag, januari 25, 2008

Lovestory

Ik heb gedroomd vannacht dat jij me verliet. Hoe meer je mij kende hoe minder bijzonder jij mij vond zei je. Dat is een van mijn grootste angsten, dat jij me niet meer bijzonder vind.
Ik weet dat het onzin is, van de week nog nam je mij in jouw armen en zei je hoe bijzonder je mij vond. Ik doe je aan je moeder denken, voor de meeste vrouwen is dat geen compliment. Voor mij wel. Jij bent haar al jaren kwijt, en ziet haar terug in mij. Dat ik je dat kan geven, vind ik een geschenk.
Mannen schijnen in elke vrouw hun moeder te zoeken, tot ze haar gevonden hebben. Als ik jou aan haar doe denken dan houd dat in dat wij voor elkaar gemaakt zijn. Maar dat wist ik allang. Daar heb ik geen wetenschap voor nodig.

Bij jou hoef ik niet iemand anders te zijn, en tegelijkertijd ben ik 100 vrouwen. Ken je die reclame van de WE? I’m a bitch, I’m a lover, I’m a child, I’m a mother, I’m a sinner, I’m a saint, I do not feel ashamed. I’m your hell, I’m your dream, I’m nothing in between, you know you wouldn’t want it any other way.
Dat zegt het wel heel mooi. Jij legt mijn ziel bloot. Jij maakt mij aan het lachen, gillen van woede en huilen van vreugde.

Ik zie ons in elk liefdesverhaal. Elke film, elk lied gaat over ons. Misschien dat ik daarom zo moet huilen bij lovestory’s, omdat ik naar ons zit te kijken. Als wij elkaar weer vinden in Serendipity, als we groots en meeslepend liefhebben zoals in Titanic, als we onstuimige sex hebben in Grey’s Anatomy en als ik je verlies in The West Side Story. Wij zijn overal, jij bent er altijd in mijn gedachten. Soms op de achtergrond als ik werk, maar meestal heel aanwezig als ik bijvoorbeeld voor je kook.

Ik durf voor jou de hoer te spelen. Ik durf je bezitten als we de liefde bedrijven. Ik durf me helemaal over te geven aan jou, tot het genot een hoogtepunt bereikt en mijn kreunen sterven in tranen van passie.
Door jou durf ik meer. Jij hebt me gek gemaakt, letterlijk en figuurlijk. Ik dans op de bar, in de metro en op de fiets. Ik huil in een volle bus als je zegt dat je van me houd. Ik weet nu wat passie is.

Passie is van elkaar houden, lief, hartstochtelijk, geil, ruw en pijnlijk soms. De passie was er bij jou het eerst, na onze 2e date belde jij me op “jij, bent de vrouw van mijn leven, nu weet je het. Ik zal vechten voor je als dat moet.” Ik was overweldigd door die passie, maar je had me al. Je had me al zo lang. Je had me al op het moment dat we elkaar ontmoetten op die suffe site. Passie is dat ik vanaf het eerste moment dat ik je zag, wist hoe je eruit zal zien op onze trouwdag. Passie is sex in de kelder van een kroeg. Passie is mij na 1 maand relatie al ten huwelijk vragen en dat stug nog 6 keer doen. Passie is dat we al bijna 6 jaar samen zijn en mijn gevoel voor jou nog steeds groeit. Onze band nog steeds sterker wordt. En passie is dat de volgende keer dat je me ten huwelijk vraagt ik ja zal zeggen. Als je dat nog durft ten minste. Love y’a!

Aka the Junkies - Konijntje (sooo cute!)

Fout, fouter, foutst (Column voor Vodafone 17 januari 2008)

Als je als niet-Amsterdammer wilt integreren in Amsterdam zul je de kroeg in moeten. Gelukkig maar want Limburgers doen niets liever.

Je kunt niet zomaar naar elke kroeg om de ras-Amsterdammer in actie te zien, je moet naar een échte foute kroeg.

La Bastille. Het is er “gesjellig” je drinkt er een faasje en alle meissies zijn temeijers. Alle mannen wonen op de sportschool en eten biefstuk als ontbijt. Binnenkomen vergt heel wat energie gezien de kroeg niet groter is dan een gemiddeld toilet. Bij binnenkomst plet je onvermijdelijk wat volluk en eenmaal binnen word je zelluf geplet.

Als je eindelijk een drankje hebt, dan kijk je je doppen uit. Want alle intelligentie zit in die spierballen en borsten. Communiceren gaat niet, lichamelijk contact maken wel. Billen, borsten, (bier)buiken en armen. Alles leggen ze in je nek. Op het moment dat je voelt dat het nu écht té gezellig word met je achterbuur, is het tijd om te vertrekken. Op naar de sjeedijk!

Casablanca wordt in de volksmond uitgesproken als Caaaasjaaablankaaaa! Waarom wordt je al ver voor het café duidelijk.

De kroeg spuwt met bosjes lallende Amsterdammertjes uit. Laveloos liggen ze in de goot, Hazes is niet dood, Hazes leeft en Hazes wil hier naar binnen!

Het café ligt in de rosse buurt, oftewel de red light district, de wallen, de hoererij. Maar het is er sjó gesjellig! Als je binnenkomt grijpt ene Biancaaah je bij je lurven en sta je op het podium, mét microfoon en Sjiske de Rat op het menu. De dj krijgt je wel aan het sjingen met kreten als: “Sjingen kreng!” “Oh lala!” En “Affoeren maar!”.

Als beloning laat het hockeyteam hun memmen zien. Nu weet je waarom Amsterdammers zo schor klinken na een avondje stappen: Caaaasjaaaablaaaankaaaa!

Doen je doppen inmiddels pijn van het kijken? Dan heb ik nog 1 advies voor je: De Febo in de Leidschestraat is tot diep in de nacht open. Een wondermiddel tegen al dat bier, en mayonaise doet wonderen voor een zere keel.

Welterusten!




zaterdag, januari 12, 2008

Rood

Een klein adviesje was het begin van heel veel ellende. Ik wou dat ik nooit naar haar geluisterd had, maar het klonk zo mooi, te mooi om waar te zijn zoals ze zeggen. En dat gezegde is er niet voor niets, dat was het ook. Ik was pas 19 en moest mijn hele studie en leven zelf bekostigen met een bijbaantje, en wat “zakgeld” van de staat. Dat gáát niet.

Ik kwam al gauw op het punt dat ik extra boeken moest kopen, want nadat je al je boeken denkt te hebben gekocht, blijken er altijd boeken te zijn die stiekem niet op de boekenlijst stonden en toch wel hadden moeten worden gekocht.
Boeken waar je 100 euro voor neerlegt en dan 3 bladzijdes uit blijkt te behandelen. Ik heb in totaal 3 verschillende opleidingen gedaan en áltijd moeten er extra boeken worden aangeschaft. Het lijkt wel of die leraren een deal hebben met de uitgevers. Hoe meer boeken er verkocht worden, hoe meer airmiles ze krijgen en die kunnen ze weer inruilen voor roostervrije uren.
Wat er voor de student op neer komt dat je je blauw koopt aan boeken voor die ene leraar die je vervolgens het rest van het jaar niet meer ziet.

Ik zag de bankafschriften met stapels binnenkomen en het bedrag op mijn rekening werd steeds minder. Ik vroeg een medestudente om raad, haar advies: vraag een krediet aan bij de bank! Heb je ineens 1000 euro erbij om te besteden. Goed plan dacht ik!
Het einde van het jaar naderde, de afschriften en stapels nieuwe kleding om mij heen werden hoger. En rood was mijn rekening.

Omdat de opleiding mij niet bekoorde (of eerder ik hun niet maar das weer een ander verhaal) ging ik een jaartje werken. Ik verdiende goed voor mijn (ongeschoolde) leeftijd maar het besef dat ik van geleend geld leefde had ik totaal niet.
In die tijd ontmoette ik mijn huidige vriend, een rekenwonder en financieel talent. Maar hij wist niets van mijn geldproblemen, en zeker niet van de omvang.
Op zijn aanmoedigingen ging ik weer naar school. Hiervoor sloot ik eigenhandig een lening af. Maar ik maakte weer fouten, ik kreeg een krediet op mijn bankrekening en ik had de contracten van die lening niet goed gelezen.
Een paar maanden ging alles goed, totdat ik ineens op 2 rekeningen rood stond en een lening had waarvan ik het plafond bereikt had. De bank stalkte mij; of ik er wel voor zorgde dat er een bepaalde voeding binnenkwam op die rekening. Ik had geen flauw benul dat dat moest en ik had ook geen geld om dit te doen. En gezien ik geen tijd had voor een bijbaantje, ging ik op zoek naar raad bij mijn medeleerlingen.
Na 90% te hebben horen zeggen “mijn ouders betalen alles”, kreeg ik dodelijk advies nummer 2: leen van de IB groep! And the story just got worse...

Ik was 23 jaar oud en kreeg dreigbrieven van alle kanten, de bank, de ziekenzorg etc. Ik verdronk in mijn ellende.
Op dat punt heeft mijn vriend ingegrepen, we hebben een plan de campagne gemaakt en stap voor stap komt het einde nu in zicht.
Ik ben nu 2 jaar verder en het enige wat ik nu nog aflos is die lening. Dat is het enige waar ik geen spijt van heb. Door die lening heb ik eindelijk een goede baan, een toekomst.

Wat wil ik zeggen met dit verhaal? Pas op, pas vreselijk op. Kies niet voor de makkelijke weg. Banken zijn hypocriet, een krediet afsluiten is in een vingerknip gefikst, ervan af komen niet en verwacht geen medewerking van de bank. Ik kreeg dreigbrieven en tegelijkertijd een gratis creditcard opgestuurd. Ik was een makkelijke tante, zoveel geld van de bank “krijgen” is kicken, maar werken voor je geld geeft meer voldoening dan dreigbrieven krijgen.

woensdag, november 21, 2007

Where is the fire?

Brandweermannen, dat is echt helemaal mijn ding. Ten minste dat dacht ik.
Ik dacht dat als ik ooit een vrijgezellenfeestje zou krijgen met een stripper, alleen maar een brandweerman mij zou kunnen bekoren. Zo eentje in een afgeragde spijkerbroek, besmeurd met roetvegen en een rode helm op. Met een zwarte werkbroek met bretels op zijn topless borstkast. Zo eentje die binnenkomt en op zwoele toon vraagt “where’s the fire, baby?” of in mijn geval “ ou est le feu ma cherié?” want in het Frans mag je alles tegen me zeggen, ook al vraag je mij om een kopje suiker. Ik smelt.

Mijn vuurtje is gaan branden toen ik een jaar of 16 was en naar het zonnige Zuid-Frankrijk op vakantie ging.
In Zuid-Frankrijk zijn heel vaak bosbranden en dus ook kazernes. En daarin huizen goddelijke 19 jarige brandweermannetjes. Les sappeurspompiers heten ze daar. Onverijdelde chippendales. Er moet een vrouw de baas zijn geweest ten tijde van de sollicitatie rondes want alleen een vrouw zou Brad Pitt, Johnny Depp en Jude Law brandjes laten blussen.
Maar ik dwaal af (vind je het gek?), met enige regelmaat brak er een fluitconcert los als ik langs paradeerde, of moet ik zeggen alwéér langs paradeerde? Mijn hartje ging daar sneller van kloppen en nu nog.

De brandweerman deed het ook altijd erg goed als orfasme! Oftewel orgasme-fantasietje. Als ik lag te sexen zag ik het helemaal voor me: terwijl ik in mijn Hunkemöller kerstlingerie een omgevallen waxinelichtje uitblaas, beukt de “pompier” de deur in. Door de rook van het waxinelichtje zie ik in eerste instantie niet welke god mij komt redden. Tot hij me in zijn (met roet en zweet besmeurde) armen wegdraagt richting de centrifugerende wasmachine. De sprinkler installatie springt aan, mijn kerstlingerie wordt doorzichtig…Show me your hose, fireboy! (Vriendje van onder de dekens: huh?? zei je wat?”)

Maar sinds ik vanmorgen in de trein zat met een piloot, moet mijn brandweerman vechten om mij te mogen bekoren. Want oh man wat zag die piloot er goed uit!
Nu weet ik dat het onbeleefd is om onbekenden ongegeneerd aan te staren, maar die piloot ging bijna uitstappen. We waren bijna bij Schiphol. Dus ik staarde. Ik staarde tot er slijtage plekken op zijn pak verschenen, of op mijn ogen? Bijna Schiphol. Staar. We zaten al in de tunnel... Staar. Het licht van het perron was al zichtbaar, ik staarde uit alle macht. De trein stopte, de deuren gingen open, en weer dicht...en de piloot stond nog steeds in de trein. Wat was dit? Een wanna-be piloot? Een piloot met faalangst? Een piloot die liever van treinreizen houd? Een veredelde NS conducteur in een piloten pak?! Acuut ben ik gestopt met staren. Brandweermannen, zijn echt helemaal mijn ding.

maandag, november 12, 2007

Baar moeder!

Mijn baarmoeder is niet meer van mij, ze was het wel voor 24 jaar. Nu is ze openbaar bezit geworden van ooms, tantes, opa’s en oma’s, schoonfamilie en (jonge) ouders… Ik ben een lopende buik geworden. Een aanstaande broedmachine, een legkip…
Het lijkt alsof na mijn 24e verjaardag mijn leven door het universum in 1 bepaalde richting is geduwd, namelijk achter de kinderwagen en a.s.a.p. een beetje!
Er is een soort stilzwijgende afspraak gemaakt dat iedereen ineens naar de inhoud van je baarmoeder mag vragen.

En? Ben je al zwanger? Hebben “we” al “zin in” kindjes? Het wordt wel eens tijd nu toch? Je hebt de leeftijd al bereikt! Of de allerleukste van allemaal; Je leven krijgt pas een doel als je kinderen hebt.
Alsof ik een luie doelloze vrouw ben, die ronddwaalt op deze planeet, wanhopig zoekende naar die ene spermacel die mijn eitjes wil versieren.
De jonge ouders zitten pruilend tegenover mij, compleet met de spugende baby op schoot. Wij hebben net verteld over onze vakantie in Nice en aanstaande stedentrip naar Londen.
Zij kunnen dat allemaal niet meer, maar zij geven alles graag op. Als kinderloos koppel voel je het schuldgevoel je bekruipen. Alleen maar leuke dingen doen en van de vrijheid genieten, mag niet!
Zij wilden nog zo graag naar Nieuw-Zeeland maar moeten nu genoegen nemen met gewoon Zeeland. Mijn ouders hebben mij en mijn zusje overal mee naar toe genomen, hoe klein we ook waren. Niet begrijpend wordt ik aangestaard, wat volgt is het ultieme jonge ouders antwoord: wacht maar tot je zelf kinderen hebt.

“Mama ik heb groot nieuws!” riep ik door de telefoon, enthousiast vraagt mijn moeder of ik zwanger ben, uh nee? Hoe komt ze daar nou weer bij? Vervolgens bel ik vriendje-lief om ook van hem exact dezelfde reactie te krijgen. Waaaaarom wil iedereen mij aan de kinderen hebben?

Begrijp mij niet verkeerd: het lijkt mij ge-wel-dig, zo’n hummeltje! Ik ben al helemaal ingelezen in de zwangerschap en de bevalling. Als klein meisje liep ik met kussens onder mijn T-shirt rond, en nu stiekem nog.
Ik zet mijn buik uit voor de spiegel om te zien hoe het zou staan en smelt als sneeuw voor de zon als ik een baby mag vasthouden. Knuffelen en de fles geven das allemaal voor mij weggelegd maar ik heb nog geen zin in kindjes!
De wegdromende, op een roze planeet zittende, jonge ouder glundert: je hebt het niet altijd zelf in de hand, soms dan overkomt het je. Je ziet gewoon dat ze zich aan hun stoel vast moeten houden omdat ze er anders vanaf zweven, gezamenlijk met hun speelgoednijntjes en voel-boekjes.

Op feestjes draaien de hoofden standaard 360 graden mijn kant op als het ook maar even over kinderen of zwangerschappen gaat. “En??? Dharma? Wanneer kunnen we de eerste verwachten?”
In het begin lachte ik nog lief bij die vraag, maar sinds kort beginnen de duivelse hoorntjes op mijn hoofd te groeien al ver voordat het gesprek begonnen is…
Kinderen? Moi? Echt niet! Nee hoor, ík wil eerst nog genieten van mijn leven.
Neem jij vooral lekker kinderen, lekker vroeg je bed uit in het weekend om 3 uur s’nachts, om op je werk te verschijnen met kots en spuug op je mooie Gautier truitje.
Dat nieuwe parfum? “eau de bébé” alleen jammer dat het ruikt naar een complete koeienstal. Naar de kapper geweest? Nee dat is de ochtendurine die automatisch je haar in gesproeid word door een ieniemienie piemeltje. Nieuwe make-up? Nee dat zijn je wallen. En trouwens van kindersnot krijg je ongelofelijk goede nagels. Neem jij vooral kinderen maar laat mijn baarmoeder mét rust!

Boodschappen doen voor beginners - samenvatting van de cursus

Het begint vaak al bij het pakken van een mandje, op de een of andere manier blijft jouw mandje altijd plakken aan de onderste mandjes, waardoor je na 2 stappen te hebben gezet ineens met 2 mandjes zit. Een op de grond en een in je hand. Ook blijkt, na grondige bestudering van het mandje, dat de vorige eigenaar witlof heeft gekocht en er iemand boodschappen heeft gedaan voor 48,59 euro. Zie het bonnetje, dat is blijven liggen.

Op naar de groenteafdeling, hier gaat het nooit geheel vlekkeloos. Dit is de danger-zone van de winkel vanwege een prakje ondefinieerbare groente dat altijd op de grond ligt en waar uitgerekend jíj in uit glijd.
Ok, ik heb de groenteafdeling overleefd, leg de groente in het mandje en ga door.
Vloeren van supermarkten zijn altijd glad, zeker op je ietwat afgesleten hakjes, dus je moet heel beheerst door de winkel lopen wil je niet met je kop in een stelling chocoladeletters belanden. Na 3x glibberen beland je bij de melk je wilt, nee, moét die met de uiterste houdbaarheidsdatum hebben. En deze staat áltijd achteraan.
Dus je moet eerst die 10 pakken die ervoor staan eruit trekken (omaatje naast je “u mag niet alle melk meenemen hoor!”) om eindelijk het gewenste pak te bemachtigen. Dan de zure room, staat altijd te hoog. Dat wordt klimmen: Zet je mandje op de grond, tracht je handtas niet te laten vallen in die plas melk die er ligt, gooi je haar uit je gezicht en ga op dat rare gammele stangetje staan. Rek uit! Pak zure room, flikker bijna achterover, grijp je vast aan 2 pakken vla en val c.q. stap van het stangetje af. Van schaamte durf je die 2 pakken niet terug te zetten. Die gaan dus ook mee.

Mijn mandje is inmiddels bijna vol, eigenlijk al te vol. Denk: Waarom heb ik een mandje gepakt?
Mandje is te zwaar, ik kan óf gaan sjouwen met het mandje (houden die plastic hengels dat wel?) of ik laat hem staan. Ga voor optie 2, laat het mandje staan. Ervaar de vrijheid: “Aaaah vrijheid!” Nu kan dat blikje mais ook nog wel mee, die kilo kattenbrokken ook, en dan nog even wat wasmiddel. Mmmm het past niet meer in het mandje.

Hè? ik had geen pompoen gekocht! En wat doet die 4-jarige met mijn handscanner bij dat rek hagelslag! Eindelijk mijn handscanner weer bemachtigt, de pompoen weer teruggegeven aan de wazige oma die naast mij stond (“uw mandje lijkt exact op dat van mij”). Op naar de kassa!

Eerst in de rij, eenmaal aan de beurt blijkt dat ik niet in de rij hoef, ik heb namelijk een handscanner gebruikt…Stond toch duidelijk aangegeven…aha heel duidelijk ja.
Ik ga naar de betaal-paal (wie bedenkt die woorden?) daar krijg ik instructies van een elektronische stem, “scan uw bonuskaart” ik scan bonuskaart, “…maar zet eerst de handscanner terug”. Handig, ik zet de scanner terug “scan uw bonuskaart” zegt de mechanische stem. “Haal uw pas door” “vergeet niet uw bon” “volg de instructies op de pinautomaat”. Ik voel me net James Bond die moet ontdekken hoe de bom ontmanteld moet in 5 seconden.

Eindelijk klaar, ik pak mijn boodschappentas in, bedenk me tot mijn schrik dat ik die natuurlijk ook had moeten scannen… Staar minuten lang naar de tas, ga ik terug en scan ik hem alsnog? Of neem ik hem zo mee? Zijn er alarmsystemen op plastictassen? Zullen ze de politie bellen voor een plastic tas? Als het alarm gaat zeg ik gewoon dat ik het vergeten was.

Ik ga door met pakken, ontdek dat er ook nog groente in het mandje lag (ja, onder de anderhalve liter melk en 2 pakken jus). Klaar met pakken. Nou ja, op het wc papier na, waaaaarom past het pak wc-papier noooit in je plastic tas? En dus moet je met je wc-papier in een doorzichtig plastic tasje over straat. Het lijkt de camping wel…
Ik verzamel al mijn moed en loop, met mijn gestolen boodschappen tas, de winkel uit. Er gebeurt niets. Eindelijk iets wat goed gaat!
Dan, op de fiets! Zet boodschappentas achterop onder de snelbinders, hang wc-papier aan stuur. Charming. Ik stap op de fiets en fiets naar huis, voorzichtig elke bobbel en hobbel vermijdend.
Dan: mijn zware achterdeur open krijgen met in de ene hand zware fiets en in de andere de sleutel.
Ik heb hier inmiddels een techniek voor. Ik draai de sleutel in het slot, duw de deur een beetje open, gooi mijn hele gewicht tegen de deur om hem verder open te krijgen. Grijp met 2 handen het stuur vast en trek hem naar binnen. Het stuur trekt een beetje scheef, de trapper hangt vast achter de deurpost, de fiets begint langzaam te kantelen. Ik vloek, ik trek, maar de fiets staat binnen.
Nu naar het rommelhok, heet zo vanwege de rommel en onze fietsen. Ik prop de fiets erin, en pak de zware boodschappen tas. Nu 4 hoog trappenlopen, op hakjes met zware tas. Na 2 trappen kom ik tot een nieuwe conclusie, mijn boodschappentas is veel te zwaar en mijn jas veel te warm. Jas moet uit, nu! Maar daar heb ik geen handen meer voor over. En waarom prikt er altijd een kartonnen pak in je been?
Een hysterische aanval nabij, val ik uitgeput mijn huis in, struikel op weg naar de koelkast 3x over de kat en zak in dramatisch in elkaar in de keuken. Na mijn eigen Paris Hilton moment te hebben overleefd (“ik ben zooo zieluhug!”), stouw ik het aanrecht vol met de boodschappen, en kom tot de conclusie dat niet alleen mijn mandje te klein was maar ook mijn koelkast. Boodschappen doen is een lijdensweg… Pompoensoep iemand?

P-p-p-p-porno

Het feit dat ik in Maastricht kwam wonen en Amsterdam achter liet, was voor ons een goed excuus om digitale tv aan te schaffen. Zo kon ik nog At5 kijken, en op de hoogte blijven van het stadsnieuws. Een beetje Amsterdam in hartje Maastricht.

We namen het uitgebreide pakket, er op rekenend dat we zo alle zenders hadden die we maar wilden zien. Eenmaal thuis was mijn teleurstelling dan ook heel groot toen bleek dat scifi channel en 13 street er niet op stonden. Mijn favoriete zenders!
Maar desalniettemin waren we erg enthousiast over ons tv aanbod. Animal planet in 3 themazenders, discovery en national geo konden mij zeer bekoren!
We keken een documentaire over de geluiden der natuur. Met het geluid goed hard, om het brullen van de leeuw optimaal door onze speakers de woonkamer in te knallen.
Verveelt door al dat groen, zapten we verder toen het ineens verscheen: levensgrote penissen en sappende poezen op ons beeld…
Mijn vriend slaakte een gilletje van blijdschap. Én dat heb ik hem alleen in 2 andere situaties horen doen; toen hij een afstandbestuurbare formule 1 auto kreeg, en toen bleek dat zijn zwager een xbox had.
Het plotsklaps om 3 uur s’middags geconfronteerd worden met keiharde p-p-p-p-porno deed mij van schrik deuren en ramen sluiten. Want HARD was het. De dame op het scherm vond het overduidelijk ook leuk en wond er geen doekjes om heen. “Cool! Porno!” riep mijn vriend verrukt. “oooooh yes, ooooh yes” schreeuwde de dame op tv.
Ik zapte verder…3 kanalen vol met p-p-p-p-porno. Ons beeldscherm is groot genoeg om alle details, ook degene die je niet wilt zien, te mogen aanschouwen. De stoppels, de sappen, de plooien, de zwarte gaten…
En ik dacht: als hij maar geen opblaaspop wil, dan kan ik leven met de p-p-p-p-porno.

En zo kwam het dat mijn leventje zich langzaam vulde met porno. Stond ik op zondag wat later op dan kwam het gekreun me al uit de woonkamer tegemoet, zat ik een column te tikken viel mijn oog ineens op een dame in een vreemde houding op tv. Stond ik te koken dan spatte het sap van de buis. Alles was ineens porno.
De worst die je snijd voor je bezoek, de mayo uit de tube, de webcam op de laptop, het pashokje waar ik met mijn beste vriendin in sta. De kassamevrouw “wilt u het bonnetje erbij mevrouw?” “oooh ja!”… porno zeg ik je, pure porno.

Tv kijken is een ware kruistocht geworden: Formule 1, porno, formule 1, porno, formule 1….zo kijkt mijn vriend tegenwoordig tv. De wallen onder zijn ogen zijn bijna nog groter dan die in Amsterdam.
En in bed? In bed was het stil, rustig. Té rustig.
Ik begon me lichtelijk zorgen te maken, was ik niet mooi? Sexy? Aantrekkelijk? Moest ik ook aan de kruisloze slips om mijn vriend nog warm te krijgen?
Een dag ging voorbij, een week, een paar weken. Het gekreun ging tot diep in de nacht door. Flikkerende roze en rode lichten afkomstig van de tv wisselden elkaar af.
Totdat het ineens doodstil was, de roze lichten stopten en het licht in onze slaapkamer aan ging. Het dekbed werd van me afgerukt en mijn vriend besprong me met de legendarische woorden: “Kijk! Dit heb ik op tv gezien!” “als jij nog even zo gaat liggen en met je arm dan…”

Dagen, weken, maanden van Griekse maagden, Flinke Jongens, Private of the Carribbeans, Good Fellatio, Tits of Fury, Topless Brain Surgeons, Beaver Hunt. Laat ze maar “komen” die porno films… het is allemaal research… Lang leve de digitale tv!

maandag, september 10, 2007

Beestjes, beeheestjes

Jiiihaaaaaa! Met een karateklap mep ik de wesp door midden. De bandana om mijn hoofd verraad het al, ik ben een mean-wesp-killing-machine. Mijn levensdoel? alle wespen binnen aanzienlijke tijd uitroeien. Finito, einde van de wespenwereldbevolking.

Wel no-piep-ing way dat me dat gaat lukken hè Moi etre très panisch voor “le wesp”. De wesp hoeft zich binnen mijn blikveld te begeven, of het zweet parelt me al op mijn voorhoofd. Sterker nog, er hoeft maar iets om mijn hoofd te zoemen en mijn verstand gaat op nul en mijn oerinstinct neemt het over. Alhoewel, instinct? Welk instinct? Je instinctieve gedrag is om keihard om je heen te gaan meppen.
Me? Me do the Madam Tussaud. Me sit very very still.
Mijn ogen staan op een kiertje, mijn mond gaat op slot, mijn ledematen strak om het lichaam. Zo blijf ik zitten, terwijl het enige geluid wat over mijn lippen komt is “haal weg” wat eerder klinkt als “baal beh” want ik weiger mijn mond verder om te doen om de wesp geen kans te geven naar binnen te vliegen.
Het probleem met deze tactiek is dat a) de persoon die mij zou kunnen helpen mij niet verstaat, b) ik zo mooi stil zit dat de wesp nog wel eens wil landen en c) ik zie er idioot uit…
Maar nog lang niet zo idioot als wat er gebeurd als de wesp op mij land, en de persoon die mij helpt de wesp niet weggejaagd krijgt of mij niet verstaat.
Dan ga ik voor de ren-taktiek. Heel hard op en neer rennen, in de kalverstraat, op een druk plein, bij de bushalte of op het werk… rennen voor de wesp. Die uiteraard doodleuk achter je aan zoemt. Tijdens het rennen stijgt de adrenaline enorm, de wesp blijft volgen en zoemen (en altijd in je gezicht ofzo hè?) en dan…Panische angst. Meerdere malen al is mijn vriendje L. maar even een paar meter verder op gaan staan omdat ik als een kip zonder kop keihard op en neer ren, maaiend met mij armen en brullend als een klein kind. De tranen vliegen uit mijn ogen als bij een professionele Wiske.
Oh jaah en laten we niet het meest genante detail van allemaal vergeten: ik roep om hulp…en niet een beetje maar echt voluit. Ik brul werkelijk waar moord en brand. Teksten die de revue al gepasseerd zijn: haal weg, help, doe dan iets, waaah, ieieieh, L. &*^(*^)&&(* help me dan!
En dan, als de wesp gevlogen is: L.! verdorie! Had je mij niet even kunnen helpen (weeh brul brul) je weet toch hoe bang ik ben! (snif snuf)? Ik ben je vriendin, je vrouw! Die wil je toch wel helpen? Je geeft niets om me! Noem je dit nou een volwassen relatie?

Waarop hij weg beent, de straat uit. Kwaad en vol schaamte voor deze vertoning…. Om vervolgens terug te keren met een ijsje met spikkels voor zijn vriendinnetje. Met de nadruk op -tje.

zondag, augustus 19, 2007

Biker Bunny

“Een konijn op een motor!” kir ik! Ik heb een gave, een gave om mijzelf in mijn enthousiasme in de meest genante situaties te werken. Ik doe het niet express, mijn timing is gewoon totaal verkeerd. Mijn intelligentie kruipt in een donker hoekje en wacht tot het voorbij is.

Op sommige dagen gaat het goed en op andere maak ik mezelf onsterfelijk belachelijk door het vertellen van een konijnenmop...
Nou is er niets mis met een leuke konijnenmop, alleen wel als ik het tijdens een videoconference doe, en ik genoodzaakt ben de flapperende oren van een konijn op een motor na te doen. “Amai! Is dat Nederlandse humor?” klinkt het rechts van mij. En dan besef ik, de camera van de videoconference waar ik me in bevind staat al aan. De Belgische collega’s op het scherm kunnen mij al zien en nog erger… ze vinden de mop niet leuk…Tot grote lol van mijn collega's natuurlijk (die hem b.t.w. wél leuk vonden).
En om het nóg erger te maken kregen we uitgerekend díe mensen de volgende ochtend over de vloer en werd ik doodleuk voorgesteld als "Dharma het motorkonijn".

Bijna altijd denk ik “Ooh, hoe ben ik nu weer in deze situatie terecht gekomen? Waarom ik? Waarom nu?” Ik ben al in ontelbare situaties beland waarin ik door de grond wilde zakken.
Timing is meestal de boosdoener. Zoals toen een collega en ik gingen kijken wat ons lengteverschil nu precies was. Waarom we dat ook al weer op de werkvloer wilden doen is mij tot dusver een mysterie. Dus gingen we midden op de afdeling naast elkaar staan. Niets aan de hand zou je denken. Tot een andere collega mij erop wees dat we hakken aanhadden en er toch minstens 1 schoen per persoon uitmoest.
Daar stond ik dan, op 1 schoen en 1 sok in mijn spijkerrok (charming), met ineens out of the blue, een stuk of 20 MTRO's erbij als extra toeschouwers en een collega van een andere afdeling die als rondleidster fungeerde; "en dit is dan de afdeling E-commerce, een hele serieuze afde..." Uh heel serieus ja... Neej joh ik doe altijd mijn werk op 1 schoen en 1 sok. Very normal…

Ook in mijn doldwaze enthousiasme gaat het vaak mis, er verschijnt een waas voor mijn ogen. Een waas waarin mijn intelligentie gewoon verdwijnt achter… tja achter die waas. Niet denken aan de consequenties gewoon doen.
In plaats dat ik dit soort gedachtes nou eens heb met het verplaatsen van al mijn meubels, of het aannemen van die nieuwe baan of gewoon zomaar 2 vliegtickets koop ergens naar toe. Beslis ik dat ik met mijn mannelijke collega door een troep meeuwen ga rennen. Zomaar uit het niets. Bij terugkomst van onze sprint (hijg hijg) keken de rest van mijn collega’s ons verbijstert aan. Vervolgens hoor ik maandagochtend in de kantine tussen de broodjes, dat dat ene meisje van E-commerce een relatie schijnt te hebben met die vent van de service afdeling… De consequenties van de waas…Maar de allerergste factor is wel domme pech. Het wc-papierincident doet mij nog steeds van schaamte wegkruipen onder de dekens.
Gezamenlijk met collega S. was ik naar de wc gegaan, zoals wij vrouwen altijd doen. Het lijkt wel alsof we overal en altijd bang zijn dat ons iets overkomt tijdens het naar de wc gaan, een overval of kidnapping. En dan kun je maar beter met z’n tweeën zijn. Maar dat even ter zijde. We hadden haast want we wilden daarna door naar de kantine, honger! Dus ik zit, plas, veeg af, trek broek op en sta weer buiten. Collega S verschijnt, zij wast haar handen, en brult uit het niets “wat heb jij nou aan je broek hangen??”. Tot mijn allergrootste schande en schaamte, hangt daar een enorme sliert wc papier. Net díe sliert die ik gebruikt had om mij af te vegen.
In mijn schaamte stamelde ik wat over haast en stomme broek, ruk dat papier weg, lach heel hard en overdreven (dat rode in mijn gezicht is van het lachen hoor) en verbied mijn lieftallige collega dit ooit aan iemand te vertellen…

Het is mij duidelijk: Het onsterfelijk belachelijk maken van mezelf heb ik inmiddels verheven tot een sport... Wc-rol onder de arm en op 1 sok. Zo ga ik tegenwoordig door het leven. En weet je wat? Het kan me echt niets meer schelen, lach maar om mij als je daar vrolijk van word! Op naar de finish-line, ik hoop op veel toeschouwers…

zaterdag, juli 14, 2007

Sex&Soccer

Er is maar 1 onderwerp waar wij vrouwen niet over mee kunnen praten. Want wees nou reëel wij kunnen o-ver-al over mee praten toch?
Nou... let me bring you the bad news, wij vrouwen zijn een bedroevende gesprekspartner wat voetbal betreft. Misschien ligt het aan het feit dat we spontaan in de poets-en-ren modus schieten als we ook maar iets op tv zien wat op voetbal lijkt en langer dan 10 seconden in beeld blijft. Uhm moest er niet nog dringend stofgezogen worden in de kelder?

Met als gevolg dat we dus nooit en te nimmer mee kunnen praten als het gespreksonderwerp verandert naar voetbal… Zodra het wel en wee van de voetbalwedstrijden besproken word zitten wij op de bank. Tussen de andere spelers die eigenlijk ook niet kunnen spelen of snappen waar voetbal om draait. Staand langs het veld vragen zij zich, net als wij vrouwen, af waarom zij nou nooit eens mee mogen spelen, waarom zij buitenspel staan zodra het om voetbal gaat.

Je kent het gevoel wel, sta je gezellig in de kroeg, iedereen praat met elkaar en BENG daar is die ene cruciale vraag “heyjuh heb jij nog Ajax-Feyenoord gezien?” Gelijk ligt elk gesprek plat, de mannen komen in eens van alle kanten en verdringen zich om mee te mogen praten. En wat gebeurt er met ons vrouwen? Wij staan daar met open mond…Want hier weten we echt niets over. En al zou je er nog over mee kunnen praten, het lijkt wel niet gewaardeerd te worden. Het is gewoon not-done om als vrouw een bijster intelligente opmerking te maken over voetbal. Daar raken mannen van in de war!

Toch was ik enorm happy toen de Glamour tijdens het WK met een top 10 “doe-je-man-versteld-staan-met-deze-voetbal-weetjes” kwam. Het goede nieuws is, manlief word héél enthousiast als je je voetbalkennis gaat communiceren, het slechte nieuws is; het werkt niet als jij een onsamenhangend verhaal hebt. “Uh wist je dat Kalou de best betaalde voetballer is? En dat Frankrijk het meest “gekleurde” team heeft, dat Cruiff..blablabla…” Je ziet het gebeuren waar je bij zit: Zijn pupillen verwijdden, de ademhaling versnelt en dan komt het besef: jij vrouw, jij niets van voetbal mag weten. Kortom, “Nee dat wist ik niet, maar ik zit nu even dít te kijken schat”. Weg aandacht, weg voetstuk, weg Glamour…Wat heb ik aan zoiets?

Weet je welke combi van vrouwen en voetbal wél werkt? Vrouwen in lingerie die voetballen in de rust van de wedstrijd. De ultieme combi is dus sex&soccer!
Dus voetbalvrouwen let op! Behoud de aandacht van je man met de voetbal-kamasutra! Pikante standjes, vernoemd naar bekende voetballers, uit te voeren met lingerie, bal, scheenbeschermers en kunstgras…. Kijk! Dan heb je aandacht!
Wat dacht je van De Kluivert? Laat je overmeesteren, aan je kluiven en ja, een beetje slaan mag. Doe het lekker snel met de Van de Vaart, speel voor coach met een blinddoek bij De Blind. En voor de zeer pikante dames onder ons, doe de De Boer: met z’n 2-en is alles leuker! Dus dames laat je niet op de bank zetten, geef hem een rode kaart, en volg hem naar de kleedkamers met je voetbal-kamasutra onder de arm…Geschorst voor 10 wedstrijden! En nou douchen jij!

zaterdag, juni 16, 2007

Girl Girl

Je gaat er toch vanuit dat elke normale of experimentele seks op geheel vrijwillige basis gebeurt. Zat standjes om uit te proberen met je vriendje-lief, zat apparatuur om in allerlei lichaamsholtes te stoppen op geheel vrijwillige basis. Maar het zal je toch maar overkomen dat die ene life changing experience niet geheel vrijwillig gebeurd…

Mijn eerste girl-girl kiss ging niet vrijwillig, het was zoenen of laten zien dat je een “very bad and underestimated -actress” was, zoals mijn “Amerikaanse” toneelleraar dat prachtig verwoordde. Hij was het type “I tell you what to do, or you’ll have to sleep your way into Hollywood”. Grootspraak voor deze man uit Krommenie. En zo kwam het dat ik tijdens een potje volleyball (teambuilding) compleet met de grond gelijk gemaakt werd door mister Oscar omdat ik de bal miste, ik had “a lack of goals in your life, no drive to succeed”. Of die nou echt zo heette of dat hij alleen verwees naar een zeker beeldje dat groter is dan zijn gevoel voor menselijkheid is mij tot op heden nog steeds een raadsel.
Hij had een zekere voorliefde voor duistere improvisatie spellen. De meest vreemde, perverse en lugubere scenario’s werden door ons gespeelt onder zijn toeziend oog. Man-vrouw spellen werden opgeleukt met wat lichamelijk contact, knuffel hier, wat passie daar, een kus op de wang. Het compleet uitspelen van een scène van een vrouw die thuis komt en haar partner dood in bad aantreft met een opblaaspop was tot daar aan toe.
Maar het spelen van een scène van 2 lesbische vrouwen waarvan er een ontdekte dat ze verliefd was geworden op haar eigen zoon (en daar; ik citeer “smashing sex” mee had gehad) ging mij toch echt te ver. Je kunt je mijn gezicht voorstellen toen de keuze op mij viel; professioneel blijven Dharma.

De dingen die je je dan gaat afvragen; hoe doet een lesbische vrouw? Beweegt ze anders? Praat ze anders? Wat zijn de beweegredenen tot zo’n daad? Ik zeg, ze werd aangespoord door ene Oscar, maar dat even ter zijde. Ik besloot dat ik “gewoon” zou doen.
Maar het ging al mis na mijn binnenkomst, ik knuffel “mijn vrouw” en we werden al meteen onderbroken door mister Pervert Oscar (als ie al zo’n beeldje heeft wil ik graag weten wat ie ermee doet in t weekend). De knuffel, zoals hij het zei, ging niet goed. Of het over kon, graag met kus. Op de mond. En kan het ook met tong? En een beetje door haar haar woelen graag, en niet zo geschokt kijken, doe niet zo truttig! Zal ik er maar meteen bovenop duiken Pervert Oscar?Mijn eerste gedachte ging uit naar mijn vriend, wat zou hij hiervan zou vinden? Ik trok de conclusie dat het drama groter zou zijn als ik een andere man zou hebben gezoend. Dus ik gokte het erop, kwam binnen, kuste haar en woelde wat door haar haar. Onder andere omstandigheden was dit een life changing experience geweest, of op z’n minst zou het je aan het twijfelen brengen over je geaardheid. Maar met Pervert Oscar en 20 andere studenten die je op de “lip” zitten te kijken, ging mijn eerste girl-girl kiss in een flits aan mij voorbij. Onvrijwillig, publiekelijk, zakelijk.

zaterdag, mei 12, 2007

Faster Pussycat!

Ik zie nog steeds die muur in de garage op volle snelheid op me af komen...
Nu weet ik het zeker, mijn zusje wil geen Schumacher zijn, ze is het.
Het begint als een heel onschuldig ritje naar Amstelveen, maar zodra we de straat uit zijn is het onschuldige er al vanaf.

Gezellig samen in de auto! Ze zet de radio harder en begint uitgelaten te kletsen over haar dag, dates en nieuwtjes.
Maar dan… zachtjes begint ze te vloeken tegen het stoplicht. Vervolgens, tegen die mannen die vanuit hun auto ongegeneerd zitten te kijken “ kun je het zien met je dikke Porsche?” En meestal gaat het dáár mis, met gierende spinnende banden trekt mevrouwtje op, ik sputter nog wat tegen maar dat komt toch niet boven het ronken van de motor uit. En doodleuk rijd ze die kerels er uit, met haar Ka.
Vervolgens komen we in de file terecht, daar zit ze niet mee, ze kletst gewoon gezellig door. Tot een of andere “pannenkoek” de busbaan gebruikt als rijstrook. Mevrouw trekt op, langs de auto die er nu tussen wil en gaat op de rem, wat gepaard gaat met een hoop gescheld “ jaaa pannenkoek! Dacht jij dat ik je er mooi ff langs ging laten hè? Nou mooooi niet! Knipperlicht gebruiken mannetje!” En vervolgens kijken wij beide (ik licht witjes om de neus) in de auto van Mr. Pancake...Ha, ingehaald door 2 blondines sukkel!

De rest van de file houdt ze zich nog rustig maar zodra die ook maar een centimeter voorbij is, scheurt ze het kruispunt over, ontwijkt wat fietsers en kinderwagens en zet de radio harder... Vervolgens moeten we vol op de rem, “ WAT DOET DEZE BIJGOCHEM NOU” , oftewel hopeloos verdwaalde Duitse toeristen midden op de weg, mijn zusje hangt inmiddels al op haar claxon, “ moveeee! Weg gehen!”
Ze manoeuvreert om de Duitser heen en scheurt een straatje in. In de verte zie ik een verkeersdrempel naderen, “ uuh” probeer ik “ verkeersdrempel”. “ Ja” zegt ze, terwijl we bijna tegen de voorruit plakken van het remmen, “ik zie hem wel”. Die bij de Rai die zag ze toen niet, het was een beetje zoals die gelreclame voor dat ijzersterke kapsel, alleen hadden wij dat spul helaas niet. De terugweg was nog erger, alsof we Amstelveen - Dakar reden en het begon al in de garage. In een vloeiende beweging rijdt ze hem uit het parkeer vak. “ We hebben haast hè?” knipoogt ze naar me, om vervolgens ongehoord hard op te trekken. Ik zie een massieve muur op me af komen en sluit mijn ogen.

Maar alles gaat goed, zoals altijd, want ze kan ontzettend goed rijden. Soepel zoals ze het zelf noemt, gewaagd zeg ik. Ik vraag me alleen af of die man die in zijn elektrische rolstoel ineens de weg op schoot, dat ook vond. We moesten namelijk vol in de ankers voor hem. En toen we eenmaal achter hem reden en, melig als we inmiddels waren, mijn moeders rijstijl gingen demonstreren, gingen de wielen ineens spinnen...Hij viel bijna uit zijn stoel schrik, soepel dat wel…

vrijdag, april 13, 2007

It's my party!

Naarmate ik ouder word ben ik steeds vaker jarig.
Vroeger was jarig zijn een zeldzaamheid, iets waar je echt wekenlang niet van kon slapen zó bijzonder was het. Je werd bedolven onder de cadeaus en het bezoek.
Nu blijf ik liever wakker zodat ik de minuten dat ik nog 24 ben bewust mee maak.
Deze week word ik 25 en serieus, ik voel me al ouder worden…
Het zijn van die kleine momenten die het hem doen. Dat je in een disco aan een tafel staat met je cola terwijl de rest om je heen “uit z’n pan” gaat. Dat je op de bank dvd zit te kijken op vrijdagavond en je denkt: moet ik niet uit ofzo? Maar je echt te moe bent om te gaan. Dat je roept “hé is dat het nieuwe liedje van Maroon 5?” en mijn zusje roept dat die al oud is… Oh… Ik ga niet meer met mijn tijd mee…Nu al?!
En basta! Ik ben zo jong als ik me voel! Ik kan nog steeds alle tunes zingen van tekenfilms, including die van Totally Spice, ik weet dat haarbanden nog steeds überhip zijn maar peeptoe schoenen met gekleurde sokken erin nog meer! De bob is passé, lang haar is weer in. Forget the Arctic Monkeys, hier zijn The Fratelli’s!
Ik lijk soms stoffig en voel me soms ook stoffig maar ik ben het niet. Verre van!
Ik ben trots op het feit dat mijn kinderlijke humor me bijna dreef tot het verwisselen van etage van alle kerstbomen in ons pand met de lift, maar mijn volwassen collega’s hielden mij tegen (wie is er hier nou saai hè?) En ik ben trots op het feit dat mijn leven voor gaat op mijn werk, ik alleen verantwoordelijkheids gevoel ken als het me uitkomt, dat ik absoluut geen schaamte heb en degene ben die altijd weer met een idioot plan op de proppen komt dat nooit verwezenlijkt word. Mijn rechtvaardigheidsgevoel is onrechtvaardig groot en ik droom er nog steeds van om Buffy the Vampire Slayer te worden. Ik wil een panda als huisdier en mijn woonkamer moet roze. Ik wil trouwen met Johnny Depp, maar wel oud worden met mijn eigen vriendje. Ik wil een Gospel koor op mijn bruiloft, dat “O happy day” zingt als we de kerk uitgaan en er een limousine op ons wacht. Ik wil magische krachten hebben. Ik wil wonen in een kasteel en elke dag patat en pannenkoeken eten. Ik wil 25 worden, vannacht niet kunnen slapen van de spanning, bedolven worden onder de cadeaus, kaartjes krijgen, taart eten en nog gelukkiger en onvolwassen zijn dan ik nu al ben...

dinsdag, maart 20, 2007

Geitig

Ik zie nog steeds hoe de bomen steeds sneller aan mij voorbij gingen, sneller en sneller. Ik voel hoe het touw in mijn handen snijd, en hoe mijn rubberlaarzen van het paadje afraakten en in de modderpoel naast het weggetje terechtkwamen. De paniek in mij zwelt op als ik de gezichtjes van de kinderen zie die mee moeten in de Bokkekar. Wit weggetrokken van schrik. Want daar kom ik, in volle vaart, op ze afgestormd voortgetrokken door een enorme bok met een kar erachter. Toen ik het dier eindelijk in toom had en de kindjes allemaal in de kar zaten, begonnen we onze tocht door het bos naar de geitenboerderij. Ik had de bok in bedwang, tenminste dat dacht ik...Maar voor ik het wist zag ik de kar, de bok en allemaal stuiterende kindjes in volle vaart op de geitenboerderij af stormen... Zonder mij. Dat was mijn allereerste baantje, dramatisch eigenlijk want ik was er totaal ongeschikt voor, maar toch is dit een van mijn leukste baantjes geweest. Het begeleiden van kinderpartijtjes op de geitenboerderij. Ik heb er een hoop geleerd destijds, ik kan een geit melken (doet het altijd goed op feestjes), ik weet dat je nooit en te nimmer je hand onder een kip moet steken en dat geiten heel hard kunnen rennen. Dat is iets wat ik eigenlijk al had moeten weten. Want toen ik klein was (6 jaar) en mijn zusje nog kleiner (4 jaar) gingen we naar de geitjes in het Amstelpark. Ik weet niet wat er precies gebeurde maar het ene moment stond mijn zusje nog en het andere vloog ze door de lucht. Woeste pms-geit had haar te pakken gehad. Maar dat was maar 1 geit. Kun je nagaan wat er gebeurde toen ik met een groep van 7 kleine kindjes in een vol geitenhok stond, dan heb je het over 30 geiten, die ineens ergens van schrokken en massaal gingen rennen. Ik zag letterlijk kindjes vliegen, ik zag armen en benen langskomen en zat met een verpest kinderpartijtje. De jarige met een vertrappelt en aangevreten kroontje op zijn kop, wist het goed te verwoorden “geiheiten zijhijn stohom” . Juist ja, geiten zijn stom. En niet alleen daarom, zij waren de reden van mijn coupe desastreus. De geiten hadden er allemaal “laagjes” in gegeten. En dat is niet cool als je 16 bent!En wat al helemaal je imago ruïneert is de geur...dat je een uur in de wind stinkt als je een complete dag tussen de geiten staat verteld niemand je. Mijn moeder reed altijd met de ramen open als ze me kwam ophalen. Het is een hardnekkige geur. De bodywarmer die ik destijds droeg tijdens het werk ruikt nog steeds geitig. Maar hij hangt nog steeds in mijn kast. De bodywarmer is niet het enige dat herinnert aan die tijd, ook de geiten zelf. Ze hebben een enorm goed geheugen en herkennen je. Nu nog als ik er heen ga en de stal inloop word er enthousiast geblaat. Volgens mij weten ze niet meer wie ik ben, maar ik nog wel wie zij zijn.

woensdag, februari 28, 2007

Tygo

Daar sta ik dan, met een plantenspuit in mijn handen James Bond na te doen voor 3 strenge juryleden en een camera. Terwijl ik 3x “schiet” richting de camera besluit ik dit niet meer te doen, geen audities meer voor programma’s waarin alleen maar wannabe’s mee doen. De wandelgangen waar de opnames plaats vonden bevestigden dit beeld alleen maar, mensen die enorm wijs liepen te doen, zuchten “ jemig, wedden dat Arie nooit zo lang hoeft te wachten?” (vertrouw mij: dat doet ie wel), “ is er hier niets te vreten?” (trust me: nee, pas als jij de 2e Katja Schuurman bent krijg jij koekjes) en dan vergeet ik nog bijna de mensen die denken dat als ze hun tieten laten zien aan Filemon ze “ eeeech wel door de audisies heen kommen” Als ik later het programma “Lama gezocht” bekijk op tv en de recensies in de krant lees (tenenkrommende humor, waardeloos programma, Lama gezocht sucks) staat mijn besluit echt vast...dit...nooit...meer en nu hopen dat ik niet (herkenbaar) in beeld kom.Na de auditierondes op tv nauwlettend gevolgd te hebben (ben ik dat daar op de achtergrond?) Besluit ik voorzichtig de website te gaan checken. Maar daar zakte mijn gevoel voor humor tot een dieptepunt. “ Jezelf niet gezien op tv? Zoek dan hier je auditie op!” Waaaaaaaat?? Mij bijna op tv vernederen is niet genoeg? Het moet ook nog via Internet? Als door een wonder blijkt mijn filmpje defect, godzijdank...Het dieptepunt uit mijn wanna-be-actrice-carriere blijft de wereld bespaart.Mijn hoogtepunt als figurant-wanne-be-actrice helaas ook. Het was in 2005, toen ik een acteer workshop kreeg van Tygo G., Peer M. (bommetje!) en Egbert-Jan W. Nadat ik uuuren mijn borsten in de meest tygo-gunstige positie had gelegd, mijn make-up duizend keer had gecheckt en mijn complete kledingkast aan had gehad, was ik er klaar voor. Opzij wanne-be’s! here comes the queen of acting!Maar the queen of acting was behoorlijk geïntimeerd door Peer, Egbert en vooral door Tygo... Terwijl de wannabe’s het dak eraf acteerden, hield ik het bij zwoel knipperen met mijn wimpers en o.k. wat voorzichtig acteren. Na wat “groeps-acteren” mochten we nu echte stukjes spelen met Tygo, Peer en Egbert. Om en om, en Peer bepaalde met wie je mocht acteren. Dit was mijn kans! Ik wilde Tygo en ik kreeg Tygo... Ik mocht Tygo gaan verleiden. Ik en Tygo hadden een relatie en ik ging zijn vriendin dumpen waar Tygo bij stond. Maar de scène hebben we nooit uitgespeeld, ik heupwiegde Tygo’s kant op, knipperde zwoel (zoals jullie inmiddels begrijpen, daar ben ik héél goed in) en vleide mij bij Tygo op schoot. Ik was bloed nerveus en Tygo ook...Tygo werd met de minuut nerveuzer, en “kleine” Tygo ook...En zo gebeurde het dat Tygo, zo rood als een tomaat, uit zijn rol viel en tegen mij stamelde “ meisje, je moet nu echt van mijn schoot af”. Egbert-Jan viel van zijn stoel van het lachen, Peer vond het ongehoord, Tygo sloeg zijn benen over elkaar en ik? Ik glunderde van trots! Doe daar maar eens na wanna-be’s!

woensdag, januari 31, 2007

De tandartsassistente

T’is altijd lente in de ogen van de tandartsassistente… Maar op een dag was de lente verdwenen uit haar ogen, voor heel even was het daar winter.
Maar ze is een pittige tante dat zusje van mij! Al snel had ze weer vat op de seizoenen in zichzelf en haar leven, en in haar ogen ging lente over in zomer. Want nog nooit waren de jongens zo mooi en zo aan haar voeten als nu… Na een lange periode van samenzijn ging ze compleet los in boysland… Het begon als voorzichtig flirten op de sportschool, met mij en haar beste vriendin als jury, het ging over in praatjes maken in de discotheek om vervolgens met vlinders in haar buik terug te komen om 7 uur ‘s morgens met de make-up flink uitgelopen!
Ik heb er inmiddels flink wat zien langskomen, mannen bedoel ik. Eerst hadden we T. We waren allebei heel enthousiast, hij kwam immers net zoals mijn vriend uit het zuiden! Al gauw bleek ie aan een soort van hardnekkige vorm van narcolepsie te lijden…oftewel hij viel om de haverklap in slaap, vooral als ie zag dat zij hem belde of smste want toen ik een keer belde bij wijze van test bleek ie ineens helemaal niet in winterslaap te verkeren… Skip the narcoleptic person, onwards! moest ze gedacht hebben, want vervolgens was het O. die mijn zusje wel kon bekoren. Ze kende hem van de sportschool, altijd naar elkaar gelachen en geflirt, nooit wat mee gedaan…This is the moment! En ze spoorde hem op want zijn godgifted body wilde ze wel van dichtbij aanschouwen. Helaas was hij bezet, maar nog steeds even charming, dus dat was wel de moeite waard om even mee te dollen…via internet (niet allemaal zo verontwaardigt kijken). O. ging vervelen en in de discotheken liep nog lekkerder manvolk rond wat wel verder wilde dan wat cyber-cuddles…Dus kwam M. om de hoek zeilen (volgen jullie het nog?), deze balgehakt had ze ontmoet op een verjaardagsfeestje, was acteur, lief, leuk en héél stout! Om de haverklap hoorde ik sms-piepjes gevolgd door, op den duur irritant, gegiechel… M. was de moeite waard om wat méér mee te spelen maar toen dat eenmaal gebeurd was, bleek M. niet meer haar te willen spelen…mannen…
Mijn zusje ging ten rade bij zichzelf, zoveel keuzes, zoveel mannen, waar ging het fout? Waarom bleef er geen plakken aan haar sexy body?
Het is een feit dat als het over liefde en mannen gaat, mijn zusje niet zo heel lang hoeft na te denken…deze professionele stoeipoes had één liefdesbron over het hoofd gezien…haar werk. En afgezien van de rest van de 5000 patiënten die ze heeft, variërend in leeftijd en aantal tanden, was er maar één waar ze haar sexy body wel aan wilde vastplakken al was het maar voor even.Dus trok ze de stoute schoenen aan en maakte een briefje, deze man had het altijd over haar geweldige set….tanden… (wat denken jullie wel niet?) en ze schreef op “I heard you like my smile” met daaronder haar 06. Nadat ze mij uitvoerig had uitgehoord (lees:gemarteld) over hoe lang het manswezen erover doet om iemand terug te bellen, kwam eindelijk het verlossende telefoontje. Hij had haar gebeld! Ze waren uitgeweest en ze was he-le-maal in love…Echt in love, want ons hele servies is inmiddels gesneuveld thuis; ze laat alles uit haar handen flikkeren en mijn altijd zo goed door haar gewassen witte was is inmiddels roze. Nog even dacht ik dat mijn zusjes roze wolk had afgegeven maar het bleek een rode sok te zijn geweest… Maar wat kan mij dat boeien? Mijn favoriete men-eater is in love , dus dan draag ik dat graag uit door middel van mijn ooit-witte-nu-roze-favoriete truitje…

Comme si, Comme ca

Normaal gesproken laat ik mijn nichtje mijn haar knippen. Alléén zij kan mijn haar; mijn vol met kruinen niet te stijlen steile haar, fatsoeneren tot een hip kapsel met een hoog "aah"-gehalte. Maar gezien ze een heel druk baasje is en ik haar niet altijd met mijn bos stro wil vervelen, ging ik een paar weken geleden naar de kapper. Ok, lichtelijk onder dwang van vriendjelief die zijn vingers niet door mijn haar kon halen zonder er weken lang in verstrikt te zitten. Én hij betaalde, dus wat wil een vrouw nog meer? Hij had nog wel wat eisen, het moest wel een makkelijk kapsel zijn, oftewel ik moest het zelf ook nog zo mooi kunnen stijlen over 3 weken. Ik ging in de kappersstoel zitten en het was veni vidi vici voor de kapster... Ik was dolblij met mijn geweldige nieuwe pony en ook vriendjelief vond het erg geslaagd. Gelukkig. Maar na 3 weken enthousiast rondhuppelen met mijn nieuwe pony, kwam er een dag dat ik over een stoeptegel flikkerde, de ondertiteling niet meer kon lezen en het om 10 uur ‘s morgens nog wel erg donker leek als ik mijn ogen open deed...conclusie: pony te lang. Wat nu? Zelf de schaar hanteren? Nu heb ik daar al ervaring mee en meestal ging ik als een Uma Thurman tekeer en verknipte mezelf compleet, dat is áls ik al de discipline op kon brengen om te gaan knippen. Nee, dit keer pakte ik het anders aan! Ik ging gebruik maken van de gratis ponyknip! Vol goede moed stapte ik op de fiets, nog bijna aangehouden door oom agent vanwege "belemmering van het zicht door te lange pony", maar gelukkig daar was de kapper al. Maar nee, vandaag hadden ze geen tijd, geen kappers, ziekte, overwerkt blabla…Maar ik kon het nog wel bij de kapper tegenover proberen! Ik liet me niet zomaar uit het veld slaan en stapte bij de andere onbekende enge kapper naar binnen, werd naar een stoel geleid, en daar te woord gestaan door een Indische kapster met zwaar Frans accent "iek denke dat jauw ponie recht ies?" En ze ging te werk. Verstijfd zat ik in de stoel, volgens mij is er nog nooit zoveel haar van een pony gekomen. "Iek denke dat et piekierug nog leukér ies?" En er ging nog meer pony van de pony af. Edward Scissorhands had er nog meer pony aan gelaten… Daar zit ik dan met een pony die tot ver boven mijn wenkbrauwen reikt. En vriendjelief die heel droog zegt "nou, eigenlijk vind ik dit nog veel leuker". Ach ja, kleine pony's worden groot en tot dusver heb ik nog geen ervaring gehad met Shetlanders. Kan interessant zijn…

dinsdag, januari 02, 2007

2007

2007 alweer…het is weer tijd voor goede voornemens*
1) Blijven sporten
2) Samenwonen met Lars
3) Meer knuffelen (mama leest ook mee)
4) Mijn vrouw zijn ontwikkelen (zie punt 5 t/m 9)
5) Dagelijks lippenstift dragen
6) Elke maand mijn pony laten knippen
7) Matchend ondergoed aan
8) Meer mooie kleding aan, denk Meredith uit Grey’s
9) Vaker hakken dragen
10) Minder stressen
11) Sparen voor mijn rijbewijs
12) Minder geld uitgeven aan mijn mobiel
13) Niet meer in genante situaties terecht komen
14) Maar nog wel genoeg schrijfmateriaal hebben…
15) Geen genante audities meer doen die uitgezonden worden
16) Meer écht leuke kleding kopen (zie punt 4)
17) Meer verdienen om bovenstaande uit te kunnen voeren
18) Niet meer mezelf wegcijferen
19) Minder stressen
20) Naar mijn intuïtie luisteren
21) Doen wat ik al zo lang wil (tango les, gitaar les, boek schrijven etc.)
22) Niet 25 worden
23) Trachten snoepjes met mate te nemen
24) Bloemen kopen voor mijn mama

* Deze goede voornemens staan niet helemaal in chronologische volgorde, afgezien van 1&2

vrijdag, december 15, 2006

Bad day

Blinde woede is wat ik voel als ik complete machteloos kom te staan. Blinde woede is wat ik vandaag voelde toen de vakbond een informatiemeeting gaf over de situatie op t werk.
Nog nooit heb ik zoveel woede en frustratie gevoeld in een zaal. Mensen waren boos, hadden vragen maar die werden eigenlijk niet beantwoord door de vakbond. Woorden van werknemers werden verdraait, niet serieus genomen en af en toe genoteerd. Waar dient een vakbond voor? Om ons te helpen toch? De werknemers? In plaats daarvan praten ze alles goed, ze dekten de boze woorden met een dekentje toe en verschuilden zich achter wetten. Er waren al mensen de dupe geworden en dit terwijl de onderhandelingen nog niet rond zijn… De onderhandelingen over hoe we die mensen moeten “ont-duperen”
Ik word niet gedupeerd, tenminste zo ziet het er niet naar uit. Maar toch zit ook ik met woede en verdriet. Want dit is zo’n groot onrecht wat mijn collega’s word aangedaan en ik ken ze heus niet allemaal van gezicht en naam maar ik leef wel met ze mee.
Bij mij manifesteert zich dat in tranen, de dijken breken door bij zoveel machteloosheid.

dinsdag, november 28, 2006

Copy Cat

Sommige mensen geven je echt dat “gouwe ouwe” gevoel van de zandbak…Want vroeger zat er altijd wel zo’n etterbak in die óf je zandkasteeltje plat sloeg óf je zandkasteeltje nabouwde…En dat was zó irritant! Als je dan de leeftijd van 24 hebt bereikt ben je dat helemaal vergeten tot je weer zo’n etterbak tegen het lijf loopt. Want ze zijn er nog steeds, die etters!
Nou ben ik al een tijdje bezig met een kleine “business” op te zetten, ik bewandel allerlei paden om mijn productje aan de man te krijgen. Zo ook op marktplaats.
Ik heb dolenthousiast mijn advertentie daar geplaatst, en krijg daar 2 enthousiaste reacties op. 1 persoon vond het geweldig mooi maar kon mijn product helaas niet gebruiken (geeft niet, complimentjes mogen altijd) en 1 was zo’n typische zandbak etterbak… “Oh wat mooi, dat ga ik ook maken!” What the fuck is jouw probleem???? IK bied het te koop aan, dan is het NIET DE BEDOELING dat JIJ het na gaat maken!!! Dat noem je plagiaat, oftewel een copycat, een dief, of een goedkope ordinaire namaakster…
Hoe asociaal ben je als je denkt dat het gedrag uit de zandbak geoorloofd is in het echte leven? Dan heb je toch een bord voor je kop?
Dit is voor die muts: Weet je…maak hem lekker na, ik wens je veel succes alleen jammer dat jij het niet zelf bedacht hebt hè?

(Over een tijdje gaat mijn winkeltje-site in de lucht www.deesigns.nl datum nog onbekend)

zaterdag, november 18, 2006

Its been a while..

Tijdje niet geschreven, niet dat er niets gebeurd is in de tussentijd. Maar was vooral erg druk met werk-werk-ziek-werk...Great. Vandaag gaan Lars en ik naar de kapper! Het is zo lief, Lars betaald mijn kapper jeeeeej...volgens mij vind ie dat slappe haar van mij maar niets haha! Ik twijfel hevig tussen kort en lang laten... Het mag best kort maar dan moet het wel ontzettend gaaf zijn!
Vanavond gaan we naar een Thais restaurant met Kim en Ronnie (c.q. Pim en Lonnie of Rim en Konnie) dat word vast vet lekker!! wooow wat een saaie post is dit...gauw mee ophouden...

woensdag, november 01, 2006

Jane

Afgelopen zondag gingen we weer wat leuks doen! Wandelen in de omgeving van een mooi kasteel in België en de hele Herremenie (fanfare op z’n dialect) van Lars’ vader ging mee.
Hartstikke leuk! Totdat we daar aankwamen, en we na 2 minuten wandelen al van de afgebakende paden afgingen…de “wilde” natuur in. En wild dat ie was! Ik, stadsmeisje, hou niet van wilde natuur en ben allergisch voor frisse lucht! Nu kon ik de modder, de laaghangende takken en het ongemakkelijke lopen (ja, mensen want ik had hakken aan…) nog trekken maar toen we langs een zooitje koeien liepen en het hekje was ineens nergens meer te bekennen (je weet wel, dat hekje dat de afstand waarborgt tussen jou en het wilde dier) werd het mij toch echt te gortig…Die beesten zijn geváárlijk, alleen iedereen ontkent dat. Ik wéét dat want ik ben een keer ondergeniest door een koe in Zuid-Frankrijk..Ik was 10, en ik geloof dat op dat moment alle glamour uit mijn leven is verdwenen…
Maar goed nadat ik de loslopende koeien ter nauwer nood overleefd had, bleken er van die roostertjes te liggen waar de koeien niet overheen konden…en vrouwen op hakken ook niet! Nadat ik mezelf op, not so charming, wijze over de roosters geholpen had (met Lars als coach: uuh Sarah, je kunt er ook omhéén) was dit doldwaze avontuur ten einde…Tijd voor warme choco met slagroom…

Cats

Ik heb 2 lieve poezebeesten in mijn leven, dit zijn ze:

Dit is Ginny, ze woont bij Lars in Maastricht


En dit is Noé, ze woont in Amsterdam bij mijn ouders.

Lief he?

zondag, oktober 29, 2006

Me&my family

Hoog tijd natuurlijk om ook eens mijn familie te introduceren! Dit is mijn zusje Céline, ben echt onwijs trots op haar!